Deze week werd door onderzoek van adviesbureau Stratix op verzoek van de NOS uitgezocht hoeveel nieuwe glasvezelverbindingen er aangelegd zijn in het afgelopen half jaar. Wat bleek? Dat waren er minder dan 50.000, in vergelijking met bijna 300.000 huishoudens in 2013. Een flinke daling dus, maar waarom?
Een derde van de huishoudens in Nederland, voornamelijk in gemeentes buiten de Randstad, heeft op dit moment glasvezel. Of in elk geval de mogelijkheid tot glasvezel. Daar zit één van de grote problemen van de uitrol, als je het mij vraagt. Want er moet een verklaring zijn voor het feit dat het op dit tempo nog 50 jaar duurt voordat iedereen in Nederland glasvezel krijgt.
KPN, die het leeuwendeel van de glasvezelkabel aanlegt, heeft in eerste instantie in gemeentes campagne gevoerd om een dekkingsgraad van 30 procent te krijgen. Dat leek voldoende, want de cijfers zullen ongetwijfeld aangetoond hebben dat consumenten dusdanig onder de indruk waren van de snelheden dat ze zouden gaan overstappen als de mogelijkheid zich aanbood.
Het bleek een misvatting: inmiddels is er pas op 45 procent van de adressen waar glasvezel mogelijk is ook daadwerkelijk een abonnement afgenomen. Dat heeft allerlei redenen, maar één van de grootste is toch dat KPN op wat lokale uitzonderingen na de enige aanbieder is van glasvezel.
Het lijkt flauw om de schuld van alles bij KPN te leggen, maar zij zijn letterlijk de enige die alle kaarten in handen hebben als het om glasvezel gaat. KPN heeft de aanlegger van de infrastructuur Reggefiber in 2014 overgenomen en sindsdien is het ook opeens achteruit gegaan met de aanleg van glasvezel. Toeval? Natuurlijk niet.
Het aanleggen van glasvezel is duur, voornamelijk het graafwerk. De ‘algemene’ leidingen gaan nog wel, maar de laatste paar meter tot aan de consument zijn relatief het duurst. Daarom kiest KPN er voor om alleen die algemene kabels te trekken, en de laatste tien tot honderd meter via het bestaande kabel- en kopernetwerk te laten lopen.
Vermoedelijk is de winst die ze konden boeken door Reggefiber over te nemen in dat opzicht niet zo groot geweest als gedacht, wat deels zou verklaren waarom de dure laatste meters op veel plekken niet gelegd zijn.
Dat is echter denken op de korte termijn: de netwerktechnologie zal zich blijven ontwikkelen en de benodigde snelheden worden steeds groter. Maar ja, dat is later: nu hebben de meeste mensen nog meer dan genoeg aan de snelheden die een goede koper- of kabelverbinding kan voorzien (300 Mbit per seconde download en 30 upload, bij het duurste abonnement van Ziggo)
KPN doet voor de mensen die glasvezel kunnen krijgen ook nog eens moeilijk door extra kosten te berekenen voor de ‘echte’ snelheid van glasvezel. Zo betaal je dus op een paar euro na net zo veel. Weliswaar voor een snellere verbinding als je een glasvezelkastje hebt (want 500 Mbit upload én download), maar zolang consumenten denken dat nooit nodig te hebben is dat niet heel aanlokkelijk en blijven ze zitten waar het zit. Wie haalt het in zijn hoofd om tijdelijk zonder internet te gaan zitten als dat niet absoluut nodig is?
Al deze problemen worden nog een keer verergerd in de Randstad: daar heeft graven nog meer impact, is het lastiger, en is er meer hoogbouw met alle aanlegproblemen van dien. Dat zou wel eens de reden kunnen zijn dat KPN/Reggefiber geen haast maakt om Rotterdam, Utrecht of Den Haag aan te gaan sluiten. Het betekent echter wel dat we binnen een jaar of vijf tegen problemen gaan aanlopen.
Wat je er verder ook van vindt, een hoop van de meest innovatieve sectoren centreren zich rondom de Randstad en als die straks met langzamere en steeds meer falende infrastructuur zitten opgescheept is dat niet goed voor ons land. Doordat KPN zo goed als monopolist is in de glasvezel-branche (andere bedrijven in de sector zijn piepklein in verhouding) zijn we allemaal afhankelijk van de goodwill van het bedrijf om verder te gaan met glasvezel. En met goodwill bedoel ik ‘dat ze denken dat ze iets kunnen verdienen aan glasvezel.’
De introductie van 5G, ergens in de nabije toekomst, zou je kunnen gebruiken als argument om maar niet meer te investeren in glasvezel, maar dat is niet handig. Los van het feit dat die technologie pas tegen 2025 echt klaar zal zijn voor de snelheden die we nodig hebben, is dat netwerk net zo onvoorspelbaar als andere draadloze netwerken. Stabiel internet is belangrijk, dus is glasvezel ook belangrijk.
Misschien gaat het te ver om de regering in te schakelen om onze digitale toekomst veilig te stellen, maar iemand moet KPN een zetje geven. Anders staan we over een paar jaar mooi te kijken met onze kapotte kabels. Want uiteindelijk stokt de aanleg van ons toekomstige internet zoals altijd weer eens op ‘de markt’, of diens echte naam: geld.
[Afbeelding © leungchopan – Fotolia]