Het ging tot nu toe allemaal crescendo met de lancering, reis, installatie en configuratie van de James Webb Space Telescope. NASA maakte onlangs nog bekend dat de telescoop medio juli gereed is om ‘op volle sterkte’ te presteren. Die datum wordt, voor zover bekend, nog steeds gehaald, maar James Webb heeft wel haar eerste echte tegenslag, of moeten we zeggen slag, te verwerken gekregen. Hij is eind mei namelijk geraakt door een groter dan verwachtte micrometeoriet. Daardoor is zichtbare schade ontstaan aan een van de achttien primaire spiegels van de telescoop.
NASA heeft er altijd rekening mee gehouden dat de James Webb Space Telescope tijdens zijn levensduur te maken ging krijgen met ruimtestof, of micro meteorieten. Dat is onvermijdelijk. Zeker bij een telescoop met een dergelijke omvang. De spiegels en constructie hebben immers wel iets weg van een grote paraplu. In het ontwerp van de James Webb is dan ook rekening gehouden met mogelijke schade. De vergulde spiegels zijn zo gebouwd dat ze contact met ruimtestof kunnen weerstaan. De afgelopen maanden is de telescoop al door verschillende micro meteorieten en ruimtestof geraakt.
De micro meteoriet die de telescoop eind mei raakte was echter groter dan verwacht, waardoor toch meer schade ontstond. Volgens NASA heeft deze inslag geen gevolgen voor de werking van de James Webb, maar de configuratie van de spiegels moet door de schade aan een van hen, wel gecorrigeerd worden.
Om de James Webb telecoop te beschermen, kunnen vluchtteams uitwijkende manoeuvres uitvoeren die ervoor zorgen dat de spiegels zo gedraaid worden dat bekende meteorenregens ontweken worden. Deze meest recente inslag was echter niet het gevolg van een meteorenregen. Hij wordt beschouwd als een onvermijdelijke toevallige gebeurtenis. Als gevolg van deze impact is een gespecialiseerd team van ingenieurs gevormd om te kijken naar manieren om de effecten van verdere micrometeoroïde-inslagen van deze omvang te verminderen.
“We hebben altijd al geweten dat Webb te maken krijgt met de uitdagende omgeving van ‘deep space’. Zoals hard ultraviolet licht en geladen deeltjes van de zon, kosmische straling van exotische bronnen in de melkweg en incidentele inslagen door micrometeoroïden in ons zonnestelsel,” stelt Paul Geithner, technisch plaatsvervangend projectmanager bij NASA’s Goddard Space Flight Center.