De lancering van de James Webb-ruimtetelescoop was zo succesvol, dat er amper brandstof nodig is om hem de goede kant op te sturen. Hij is nog steeds onderweg naar zijn eindbestemming van 1,5 miljoen kilometer vanaf aarde, maar NASA is optimistisch. Het verwacht nu dat Webb ons niet vijf jaar van ruimtekiekjes voorziet, maar eerder 10 jaar.
De levensduur van deze ruimtetelescoop heeft niet zozeer te maken met hoe goed de materialen zich houden (al is dat natuurlijk ook een bepalende factor), in dit geval kan de verwachte levensduur enorm worden verlengd doordat hij brandstof heeft overgehouden in het corrigeren van de koers. Bijzonder hoe belangrijk zo’n goede lancering dus blijkt te zijn: de omstandigheden waren perfect, de wetenschappers hebben hem precies goed geprepareerd en nu kunnen we er waarschijnlijk nog veel langer plezier van hebben.
NASA schrijft: “De analyse toont aan dat er minder drijfgas nodig is dan oorspronkelijk was gepland om Webbs baan te corrigeren naar zijn uiteindelijke baan rond het tweede Lagrange-punt dat bekend staat als L2, een punt van zwaartekrachtbalans aan de andere kant van de aarde, weg van de zon. Bijgevolg zal Webb veel meer hebben dan de basisschatting van drijfgas, hoewel veel factoren uiteindelijk van invloed kunnen zijn op de werkingsduur van Webb.”
NASA is erg blij met Arianespace, het bedrijf waarmee het de lancering deed: “Het extra drijfgas is grotendeels te danken aan de precisie van de Arianespace Ariane 5-lancering, die de vereisten overtrof die nodig zijn om Webb op het juiste pad te brengen, evenals de precisie van de eerste correctiemanoeuvre halverwege de koers – een relatief kleine, 65 minuten durende brand na de lancering die ongeveer 45 mph (20 meter / sec) aan de snelheid van het observatorium toevoegde. Een tweede correctiemanoeuvre vond plaats op 27 december, waarbij de snelheid met ongeveer 6,3 mph (2,8 meter/sec) werd verhoogd.“
Het is goed nieuws om te horen en extra bijzonder om dat te horen op een moment dat zo belangrijk is geweest voor ruimtefotografie. Vandaag in 1924 was het Edwin Hubble die ontdekte dat er meer sterrenstelsels zijn buiten de melkweg. Hubble is de telescoop die tot nu toe de ruimteplaatjes schoot en die moet worden opgevolgd door James Webb. Als hij tenminste heelhuids op zijn eindbestemming aankomt, 1,5 miljoen kilometer bij aarde vandaan.
James Webb moet plaatjes gaan schieten waarop we hopelijk sterrenstelsels zien die heel kort na de oerknal zijn ontstaan. Zo komen we hopelijk snel meer te weten over die oerknal en hoe het heelal is ontstaan. Ook wordt er gekeken naar de atmosfeer van planeten die ver buiten ons zonnestelsel te vinden zijn, wat weer alles te maken heeft met andere levensvormen. Of tenminste, de potentie ervan. Het is wel vreemd, want soms moet de Webb-telescoop afgaan op oud licht en soms van huidige atmosferen. Ergens kijkt hij dus naar het verleden, naar het heden en uiteindelijk moet dat ons gaan helpen bij onze toekomst.