Zouden ze het geweten hebben? Apple en Nokia hebben deze week hun patenten-oorlog tot een einde gebracht en gaan vanaf nu samenwerken, zo blijkt. Nokia had Apple aangeklaagd omdat ze inbreuk zouden maken op een heel aantal patenten die Nokia in de vroege dagen van de mobiele telefonie had gekregen. Onder de nieuwe overeenkomst mag Apple daar gewoon gebruik van maken en in ruil daarvoor gaat Nokia infrastructurele diensten en producten leveren aan Apple, wat dat ook precies moge betekenen.
Het is een voorbeeld (net zoals het Apple vs. Qualcomm gevecht) van hoe veel patenten worden ingezet in de techsector. De reden dat er zo veel wordt aangeklaagd door allerlei partijen is omdat het Amerikaanse patentsysteem, om het simpel te houden, kapot is. Het U.S. Patent and Trademark Office moet werken binnen een aantal regels die niet meer van deze tijd zijn.
Het is schrikbarend makkelijk om in de VS een groot bedrijf aan te klagen omdat ze inbreuk zouden hebben gemaakt op één of ander patent. De reden daarvoor ligt in Texas. Oost-Texas, Marshall, om precies te zijn. In de federale rechtszaal daar zat namelijk U.S. District judge Rodney Gilstrap, een man die in zijn eentje een kwart van alle patentzaken voor zijn rekening nam in de laatste paar jaar.
Omdat patentzaken in elke federale rechtszaal afgehandeld mochten worden is het zo gegroeid dat Gilstrap en zijn rechtszaal een soort van patentzaak-machine werd: de patentzaken werden in Oost-Texas snel afgehandeld en ook opvallend vaak in het voordeel van de vragende partij beslist.
Dat zorgde ervoor dat hoe langer hoe meer patent-trollen opstonden: bedrijven die niets van waarde produceerden en alleen maar bezig waren met het verkrijgen van goedkope of vergeten patenten. Vervolgens klaagden ze (liefst) grote bedrijven aan die iets produceerden dat ook maar in de buurt kwam van een patent dat ze in handen hadden. Cha-Ching!
Die praktijken trokken een zware wissel op allerlei techbedrijven die zich de hele tijd in Texas moesten gaan verdedigen en in veel gevallen ook nog moesten uitbetalen. Dat voordeel is echter verleden tijd: het hooggerechtshof van de VS heeft nu beslist dat dit soort zaken gewoon afgehandeld moeten worden in het district waar de bedrijven in kwestie hun hoofdkantoor hebben.
Daarmee is één van de grote ergernissen over patenten opgelost, maar het zal niets veranderen aan de manier waarop grote bedrijven patenten inzetten: als pressiemiddel. Wat we nu zullen gaan zien is dat het gevecht over wie welke technologie of interactie bezit steeds meer een spelletje wordt voor de grotere partijen. Sommige dingen zullen niet veranderen, waar de rechtszaak ook gevoerd gaat worden.
[Afbeeldingen © Kadmy – Fotolia]