Alfavrouwen in de bètawereld

Vrouwen die topfuncties bekleden in de technologiesector, het is een veelbesproken thema. Het besef dat vrouwen veel meer naar de bestuurskamer brengen dan alleen hun intermenselijke, begripvolle karakter lijkt inmiddels te zijn geland, maar de daadwerkelijke vrouwelijke participatie in de top van technologiebedrijven groeit vooralsnog alles behalve gestaag.

Nog geen tien procent van de raden van bestuur van beursgenoteerde bedrijven in Nederland is momenteel vrouwelijk, waarbij de sector met het laagste vrouwelijk aandeel in de top de technologiesector is. Van ‘oudsher’ kent deze sector al een masculiene bedrijfscultuur, terwijl diversiteit al tot bewezen positievere bedrijfsresultaten heeft geleid. Amerikaanse topbedrijven als Google, Yahoo, Facebook en Twitter hebben inmiddels allen een vrouw aangesteld op een hoge bestuursfunctie. De kop is eraf?

Vrouwelijk voordeel

Statistieken, zoals die van Bloomberg, wijzen steeds vaker uit dat bedrijven met vrouwelijke bestuursleden beter presteren dan bestuursraden met enkel mannen. Onderzoek stelt dat teams met meer diversiteit beter functioneren: ze zijn productiever, innovatiever en kennen een hogere aandeelwaarde. Consumenten, aandeelhouders en toezichthouders prijzen de diversiteit in de vertegenwoordiging van hun belangen. Door een gevarieerde samenstelling in sekse, leeftijd en culturele achtergrond kunnen problemen van meerdere perspectieven worden bekeken en creatievere oplossingen worden gemaakt.

Topambities 

Waarom stokt dan toch het aantal tech-vrouwen in de top? Ten eerste speelt volgens de Universiteit van Utrecht de beeldvorming over de sector mee. De sector wordt van oudsher door vrouwen toch nog vooral gezien als een groep eenzame mannen in kelders gefocust op het schrijven van codes en algoritmes. Een saai bèta imago met een hoog nerd alarm. Hierbij zouden vrouwen denken dat banen in de technologiesector niet interessant zijn, dat ze er bovendien niet goed in zouden zijn en dat de mannen eigenlijk niet op vrouwelijke collega’s zitten te wachten.

Maar dit beeld is inmiddels achterhaald. Technologie is hip en in alles verweven. Het stoffige imago heeft plaatsgemaakt voor een trendy en veelzijdige imago, waar vrouwen bovengemiddeld presteren en vruchtbare samenwerkingen niet sekse afhankelijk zijn. Het gene wat de vrouwelijke participatie momenteel juist stokt zijn de onduidelijkheden over carrièremogelijkheden voor vrouwen in de technologiesector. Volgens Kim Stevenson, CIO bij Intel, ‘weten vrouwen niet altijd goed wat de impact van een technische achtergrond kan hebben op hun carrière, en het economisch potentieel dat ermee gepaard gaat.’

Talent vs aanbod

Maar is er wel genoeg vrouwelijk talent? Of is er genoeg talent, maar niet genoeg aanbod? De technologiesector kampt met een groeiend tekort aan gekwalificeerd personeel – zowel mannelijk als vrouwelijk. De Europese Unie schat dat er in 2015 maar liefs 900.000 openstaande vacatures zullen zijn. Aan het aanbod en de carrièremogelijkheden kan het niet liggen.

Het probleem ligt ook niet bij de deskundigheid van vrouwen, maar het feit dat simpelweg niet genoeg vrouwen kiezen voor een carrière in de technologie. Een keuzetekort dat al begint op de middelbare school, waar in het schooljaar 2007-2009 in Nederland slechts 18,1 procent van de meisjes examen deed in bètavakken. Nu de economische voordelen en goede baantoekomstperspectieven steeds beter worden belicht is dit percentage elk jaar flink aan het toenemen: tot inmiddels 43,7% in 2013. Toch kiest 30 % na hun technische opleiding voor een niet-technische baan en verlaten technisch opgeleide vrouwen de sector vaker en sneller dan mannen.

Stimulans van binnenuit

Om de toename van vrouwen in topfuncties aan te moedigen, ligt er de taak bij werkgevers om dit van binnenuit te stimuleren en bij de overheid om technologische studies verder te stimuleren. Werkgevers kunnen door op maat gemaakte trainingen en opleidingen aan te bieden de verschillende eigenschappen van mannelijke en vrouwelijke managers ontwikkelen.

Infor doet dit met zijn Women’s Infor Network, een loopbaanontwikkelingsprogramma met strategische nadruk op de groei van vrouwelijk talent binnen het bedrijf. Onder andere door dit initiatief staan er momenteel vier vrouwen aan de top bij Infor: Nicole Anasenes, Pam Murphy, Marylon McGinnis en Mary Trick.

Deze blogpost is geschreven door Edith Bevers, country manager bij Infor.