De Chinese e-commerce sector is welbekend met het adverteren op Facebook, Instagram en andere socials, maar hanteren inmiddels een nieuwe methode om de aandacht te trekken: influencers.
Winkelen via video’s is momenteel een ware rage in China. Tijdens de coronacrisis bekeken miljoenen Chinezen live video’s waarin allerlei producten te koop werden aangeboden. Op Douyin – de Chinese zus van TikTok – worden verkopers al actief gekoppeld aan influencers.
De verkopers beantwoorden op afstand eventuele vragen alvorens de consument digitaal tot een aankoop kan overgaan. De Chinese overheid vindt het prima, want het wakkert de binnenlandse consumptie aan. In Q1 van dit jaar vonden er meer dan 4 miljoen live shopping-sessies plaats in China.
Wat dat betreft loopt Amazon een paar jaar achter. Amazon Live werd pas vorig jaar gelanceerd.
Alibaba, een van de pioniers van “videoshoppen”, heeft grote plannen om internationale influencers aan te trekken en op te leiden, zodat zij via AliExpress de hele wereld kunnen bestrijken. AliExpress is een van de internationale marktplaatsen van Alibaba, met 180 miljoen actieve consumenten per jaar.
AliExpress is van plan om maar liefst 100.000 influencers te werven. Zij moeten via YouTube, Facebook, Instagram en TikTok de merken van AliExpress aan de man brengen. Naast populaire influencers is het platform ook op zoek naar getalenteerde technici en marketeers.
De zoektocht naar talent komt voor Alibaba op een opportuun moment. Miljoenen mensen over de hele wereld hebben hun baan verloren als gevolg van de uitbraak van het coronavirus. AliExpress pitcht het programma dan ook als een manier voor “individuen om weer op te krabbelen na Covid-19”.
De meeste verkopers op AliExpress komen vanzelfsprekend uit China, terwijl Rusland de grootste afzetmarkt is. Het platform heeft zich vorig jaar opengesteld voor verkopers in Turkije, Rusland, Spanje en Italië. Dat sorteert effect, want Rusland is inmiddels een enorme afzetmarkt geworden voor Turkse verkopers op AliExpress.