Game-enthousiast, tech blogger en presentator. Was ooit rockster. Local celebrity in Limburg maar ziet graag veel van de wereld. Er zijn niet genoeg kattenGIFjes in de wereld.
Japanse ontwikkelaars hebben het niet gemakkelijk: de markt voor hun games in eigen land slinkt alleen maar en de westerlingen beginnen steeds meer overtuigd te raken van het idee dat die gekke Japanners intussen achter de feiten aanlopen. Binary Domain zou je na de eerste blik sterken in die aanname: een game die Gears of War probeert te zijn, maar dan met robots in plaats van Locust. Het lijkt een slap aftreksel, waarbij de mogelijkheid om tegen je teamgenoten te praten (letterlijk) het enige unieke punt is. En theoretisch klopt dat. Maar als je Binary Domain hebt gespeeld zul je -gek genoeg- toch een stuk milder zijn in je oordeel.
Het verhaal draait er om dat een groepje internationale soldaten in de verre toekomst richting Japan tuigt om daar de Amada Corporation te gaan onderzoeken, want die schijnen robots te hebben geproduceerd die zodanig slecht te onderscheiden zijn van echte mensen dat het door niemand (zijzelf incluis) te zien is. Deze supergeavanceerde “hollow children” gaan echter tegen een aantal internationale verdragen in en nu moeten onze helden gaan bewijzen dat Amada ze gemaakt heeft.
The Good
De actie doet niet echt onder voor games in het genre, met een goed werkend coversysteem en een leuke variatie op de bekende schietkraam in de derde dimensie, met gebruikmaking van AI-gecontroleerde teamgenoten. Het leuke van je tegenstanders, de robots (100% van alle vijanden bestaan uit plaatwerk en gipswandschroeven) is dat ze in stukken geschoten kunnen worden en toch blijven functioneren. En dan komt het dus voor dat ze Terminator-style naar je toe blijven kruipen als de benen weg zijn, dat ze bij het verlies van een arm gewoon met de andere het wapen oppakken en verder schieten en dat je ze tegen elkaar kunt opzetten door hun hoofd er af te schieten. En doordat “de slechterik” bestaat uit de 2e grootste robotproducent van de wereld zijn er nogal wat andere robots die -soms als eindbaas- om de hoek komen en zich opeens tegen je keren. En daar komt de Japanse aard naar boven en zie je allerlei interessante constructies opduiken die je steeds weer dwingen om je tactieken of arsenaal aan te passen, zoals goede eindbazen dat doen.
De mate van variatie is precies goed ingeschat waardoor je steeds als je denkt “nou heb ik wel weer genoeg ijzeren mannetjes neergemaaid” toe bent aan een nieuwe variatie op het thema ‘death by robot’. Dat zie je ook terug in de plekken waar je vecht: er zijn gelukkig weinig grijze gangen waar je doorheen moet en als dat al zo is heb je andere dingen aan je hoofd dan genieten van het uitzicht. Van de ruïneuze onderkant van de stad (waar de plebs moeten zien te overleven) tot het gelikte nieuwe Tokyo waar de bovenklasse letterlijk bovenop de onderklasse leeft, elke locatie geeft je iets te kijken en te beleven. Het typisch Japanse design (dat stilistisch in de verte iets wegheeft van mede-Sega game Vanquish) weet wel een sfeertje te creëren.
The Bad
Ik was enorm enthousiast over de verhaallijn van Binary Domain die werd weergegeven in de previews, maar was toen al bang dat mijn visie van een shootergame die het thema menselijkheid en robots treffend wist neer te zetten, zoals een Blade Runnen of zelfs Snatcher dat al heeft gedaan. En helaas was de scepsis terecht: het verhaal komt pas veel te laat op gang, deels door de teksten van de karakters (al is het voice-overwerk niet slecht) en deels doordat de actie dat in de weg zit. Het gekke is, soms doet Binary Domain alles goed en werken actie en het verhaal samen om je helemaal in de wereld te trekken, maar dat komt te weinig voor.
Zoals gezegd is het schieten an zich een fijne bezigheid, maar de wapens waar je dat mee doet zijn een beetje raar. Er is gekozen voor het standaard Gears-idee van twee zware wapens, pistool en granaten, maar je kunt je standaardwapen nooit wegwisselen en dus heb je eigenlijk maar één echte keus die er toe doet en dat is je secundaire grote wapen en die keus komt nooit verder dan de standaard driehoek shotgun-sniper-machinegun. Er is daarnaast een heel upgrade-pad uitgestippeld voor het standaardwapen dat jij en je teammaten gebruiken maar de valuta (verdiend met het zo ‘goed’ mogelijk afschieten van de robots) die je ervoor moet spenderen staan niet in verhouding tot de verbeteringen die je krijgt, waardoor het allemaal loos voelt.
Speaking of which, de multiplayer is ook van het soort dat je een paar keer probeert en dat je daarna laat liggen, dus ik vrees dat de online lobbies binnen een paar weken verlaten zullen zijn. Het standaardpakket van deathmatch en capture the flag zal je niet redden in een shooterlandschap waar Gears 3 zélf al moeite heeft om boven het maaiveld uit te komen. Het is allemaal niet slecht, maar dusdanig ongeïnspireerd dat er geen reden is om dit te spelen in plaats van een shooter die al aan zijn derde of vierde revisie toe is.
The Ugly
Het systeem dat je teamgenoten bestuurt met gesproken commando’s via je headset (gek genoeg niet met Kinect op de Xbox) werkt, om een lang verhaal kort te maken. Het is geen Siri, maar meer dan driekwart van wat je zegt wordt opgepikt door de game. Het is uiteindelijk jammer dat je er niet zo veel aan hebt, want de commando’s die je kunt geven zijn zo beperkt in functie (het aantal woorden dat herkend wordt is daarentegen best groot) dat ze nooit het verschil tussen het winnen van een gevecht of een herstart zijn. Datzelfde geldt voor het relatiesysteem dat je ook voornamelijk door het gesproken woord beïnvloedt en waarbij je teamgenoten beter of slechter voor je zorgen relatief aan de onderlinge relatie.
Misschien dat de ontwikkelaars bang waren om de consequenties te pijnlijk te maken en zo mensen te dwingen om stukken opnieuw te spelen of vast te komen zitten, maar doordat het eigenlijk niet uitmaakt wat je zegt is het allemaal een beetje nutteloos en zeker doordat het al snel duidelijk wordt dat iedereen blij wordt van het woordje “ja” kun je dat rustig op elke vraag (want het zijn altijd ja/nee vragen die het verschil maken) antwoorden en dan is het goed. Ik had best een pijnlijke nederlaag willen lijden als ik te gemeen was geweest tegen mijn sniper of van mijn part mid-battle iets willen uitpraten om verder te komen en het is jammer dat de game die extra stap niet genomen heeft.
Conclusie
Binary Domain was niet wat ik er van hoopte. Maar, het is niet fair om dat te zeggen, want ik moet kijken naar wat de game wél is. En dat is een bovengemiddeld gestileerde shooter à la Gears of War met een robotsausje. Ben je science-fiction fan en hou je van die stijl games, zul je de houterige oneliners van je teamgenoten vergeven en je concentreren op de gave eindbazen, de leuk gevonden settings voor de massale gevechten met mensachtige robots en zo uitkomen bij de betere tweede helft van de game, die je tien uur zal bezighouden totdat je de online modus probeert en na het vinden van (nu al) lege lobby’s maar besluit iets anders te gaan spelen. Het is leuk zolang het duurt, maar de vernieuwing -in de vorm van de gesproken commando’s en de relatie die je door te praten met je team zou moeten opbouwen- wordt niet ver genoeg doorgevoerd om meer te zijn dan een grappige gimmick. En een shooter zou eigenlijk meer moeten zijn om tegenwoordig nog indruk te maken. Dat Binary Domain toch de sympathie van de speler opwekt is des te vreemder, maar het bewijst wel weer dat het af en toe goed is om eens een andere ontwikkelaar dan de usual suspects een shooter te laten maken.
Binary Domain, ontwikkeld door Yakuza Studio voor de Xbox 360 (getest) en PS3 en uitgebracht door Sega op 24 februari 2012