Bigger is niet meer better. Zeker niet wanneer het gaat om een huis: in plaats van wonen in een villa, dromen we nu van een piepklein huis in het bos. De nieuwste trend op gebied van wonen zijn tiny houses. In november verschijnt er een boek over, er is een stichting en er wordt zelfs een heuse tiny house jamboree georganiseerd. Hoe, wat waar: lees rustig even verder.
Een tiny house is in feit een piepklein huis dat als primaire doel heeft dat je er woont. Een tuinhuisje telt dus niet; dit moet echt je thuis zijn. Qua grootte moet je denken aan maximaal 50 vierkante meter. En ja, dat is dus echt klein. Het idee is dat een tiny house vooral duurzaam is – gemaakt van zoveel mogelijk natuurlijke materialen – maar toch eigenlijk alles heeft wat je in een huis nodig hebt.
Binnenin heb je dan misschien niet zoveel vierkante meters als je nu van je huis gewend bent, maar met een handige inrichting moet je prima kunnen wonen op 50 vierkante meter. Als het namelijk in een vakantiehuisje kan, waarom dan niet permanent? De plaats waar je kleine huis staat maakt eerlijk gezegd niet uit, al gaan de meeste dromen over idyllische locaties in het bos en aan zee: zolang het maar ver weg van de stad en van drukte is. En met zo’n ‘voortuin’ ben je waarschijnlijk ook vaker buiten en maakt het helemaal niet uit dat je huis binnenin klein is.
Het is allemaal in de Verenigde Staten begonnen; daar hebben ze als eerste een naam gegeven aan deze trend. Mensen willen steeds vaker anders wonen en leven: met minder materieel en meer natuur. En ook duurzaamheid en kosten van wonen spelen een rol: tiny houses zijn namelijk ook een heel stuk goedkoper dan het dure jaren ’30 huis in de binnenstad dat lange tijd zo populair was.
Hoewel het dus in de Verenigde Staten is begonnen, is de trend ook al de oceaan overgewaaid naar Japan, het Verenigd Koninkrijk en Duitsland. Sommige mensen gaan voor een permanent klein huisje, anderen plaatsen er wielen onder en slepen hun tiny house mee. Het idee van een camper inderdaad, maar dan is het in dit geval een houten huisje op een aanhanger achter je auto.
Nu lijkt het de ultieme droom: tekenen, bouwen en verhuizen maar. Zo simpel is het natuurlijk niet, want je mag een tiny house niet zomaar overal plaatsen. Het is nu eenmaal nog geen normale woonvorm die je bij de gemeente aanvraagt, al zijn er volgens de Stichting Tiny House Nederland wel steeds meer gemeenten en initiatiefgroepen bezig om locaties te creëren waar je in een Tiny House mag wonen. Het gaat op dit moment vaak wel nog om iets in de experimentele sfeer en om tijdelijke projecten.
Het onderwerp spreekt in ieder geval heel veel mensen aan. Door het leven wat we nu leiden, met een drukke baan, veel sociale verplichtingen, het internet en sociale media die je iedere dag maar weer moet bijhouden is het niet gek dat mensen gaan dromen van een klein huisje in het bos. Mocht het onderwerp je aanspreken: dat van die jamboree – leuke naam voor een open dag – is dus echt waar. Op 7 oktober kun je naar Almere om kleine huisjes te bekijken, ervaringsdeskundigen te spreken en om inspiratie op te doen.
Over inspiratie gesproken: pak Instagram er ook maar eens bij. Hier wil je toch wonen?!
Foto header: Roland – Fotolia.
Marloes is oprichter en editor in chief van Travelvalley. Ze schreef ook de boeken Bucketlist Reizen, Bucketlist Stedentrips en Waanzinnige Roadtrips. Ze is gek op schrijven, reizen en hardlopen. E-mail: marloes@travelvalley.nl