Het Amerikaanse bedrijf Apple is in China voor de eerste keer in de geschiedenis groter geworden dan het thuismerk Lenovo. Dat blijkt uit de kwartaalcijfers van de twee bedrijven. Apple realiseerde tijdens het tweede kwartaal van dit jaar in China een omzet van 3,8 miljard dollar, terwijl Lenovo 2,8 miljard dollar inkomsten liet optekenen. Het fenomeen is volgens experts te wijten aan de groeiende populariteit van de iPhones en iPads en de problemen die Lenovo ondervindt op de notebook-markt.
“De omzet van Apple in China, Taiwan en Hongkong lag tijdens het tweede kwartaal van dit jaar zes keer hoger dan tijdens dezelfde periode vorig jaar,” voert het persbureau AFP aan. “De regio vormde daarmee één van de belangrijkste pijlers voor de recordcijfers die Apple tijdens het tweede kwartaal heeft laten optekenen.” Bij computerbouwer Lenovo vertegenwoordigt China 47,9 procent van de wereldwijde omzet. Lenovo heeft naar eigen zeggen zijn aandeel op de wereldwijde computermarkt opgedreven tot 12,2 procent. Lenovo is nu de derde grootste computerverkoper van de wereld.
“Het is eigenlijk moeilijk om vergelijkingen te trekken, want Apple steunt vooral op de verkoop van iPhones en iPads, terwijl Lenovo afhankelijk is van notebooks,” merkt Mars Hsu, analist bij Grand Cathay Securities, op. “Toch kan worden gezegd dat de cijfers een algemene trend reflecteren. Aangezien tablets de markt voor notebooks uithollen, heeft Apple in China grote groeimogelijkheden. Lenovo daarentegen wordt met belangrijke uitdagingen geconfrontreerd om zijn groei op peil te houden, ook al heeft het Chinese bedrijf inmiddels een eigen tablet gelanceerd.” [via]