09.01.2018
Marketing

​10 marketingbegrippen die elke marketeer moet kennen in 2018

By: Redactie Dutchcowboys

BlogMarketing

10 begrippen uit de marketingwereld uitgelegd in begrijpelijke taal. Marketingtaal die elke marketeer moet begrijpen om te overleven in 2018.

Vorig jaar ontfermden we ons al over veelgebruikte marketingbegrippen als ‘ad server’, ‘SDK’ en ‘MRAID’ (nooit van gehoord? Spiek dan hier). Hier de marketingtermen van 2018 waarbij marketeers niet langer de kop in het zand kunnen steken:

Header bidding

Een nieuwe real-time bidding manier, uitgevoerd door uitgevers. In de ‘oude’ situatie worden advertentieruimtes verkocht in een specifieke rangorde. Eerst worden impressies toegewezen aan adverteerders die direct inkochten bij de uitgever. Is de frequency cap behaald en hebben deze adverteerders de impressies niet meer ‘nodig’, dan krijgt de eerste keuze SSP (sell-side platform, ook zo’n term die elke marketeer moet kennen) de kans om op de advertentieruimte te bieden. Als deze besluit geen bod te plaatsen, krijgt de tweede, derde of vierde SSP de kans. De ‘waterval’-aanpak zorgt ervoor dat de SSP de volgorde bepaalt welke adverteerder wint, en niet degene die er het meest voor biedt. In sommige gevallen is dit niet in het voordeel van de uitgever.

Om die reden implementeren uitgevers steeds vaker header bidding, een code script geplaatst in de header van de webpagina. Deze nieuwe aanpak kent geen rangorde meer en hierbij krijgen alle adverteerders op hetzelfde moment de mogelijkheid om te bieden op eenzelfde advertentieruimte. Daaruit kiest de uitgever (uiteraard) het hoogste bod, waarna die adverteerder de mogelijkheid heeft de advertentieruimte in te vullen.

<i>Real-time bidding in de \u2018waterval\u2019-situatie. Bron: AdProfs.</i>
Real-time bidding in de \u2018waterval\u2019-situatie. Bron: AdProfs.
<i>Real-time bidding in een situatie met header bidding. Bron: AdProfs.</i>
Real-time bidding in een situatie met header bidding. Bron: AdProfs.

Attribution Window

Een gedefinieerde periode waarin een uitgever kan claimen dat een click of een impressie op zijn platform heeft geleid tot een install of andere conversie. Bijvoorbeeld: adverteerder en uitgever spreken af een window te hanteren van 7 dagen. Vervolgens weet de uitgever aan te tonen dat de gebruiker na het zien van een advertentie op het platform binnen de overeengekomen window de install doet, dan wordt de inspanning voor de install toegewezen aan die uitgever en ontvangt deze hiervoor de beloning (lees: geld).

Elke partij hanteert zijn eigen periode. Zo hanteert Facebook een standaard window van 28 dagen, Google 30 dagen en kun je bij Twitter kiezen voor 1 dag, 7, 14 of zelfs 90 dagen. De marketeer van nu heeft steeds meer behoefte aan het inzichtelijk maken van de incrementele waarde van hun online marketingactiviteiten en -partners. Bij hen zou het begrip ‘Attribution Window’ dus een hoge prioriteit op de agenda moeten zijn.

Short-Termism

Het verschijnsel waarbij een marketeer meer prioriteit geeft aan korte termijn prestaties (bijv. maandelijks aantal behaalde conversies en een zo laag mogelijke cost per install) dan aan lange termijn prestaties (bijv. marktaandeel en mentale beschikbaarheid). Bij marketeers, waarbij sprake is van short-termism (in het Nederlands: het ‘performancevirus’), is de focus op het behalen van zoveel mogelijk installs in een korte periode tegen een zo laag mogelijk cost per download zo nadrukkelijk aanwezig dat dit zelfs ten koste mag gaan van eventuele negatieve gevolgen op lange termijn. Denk aan een verslechterde merkreputatie, omdat het merk consumenten tot in den treure achtervolgt met advertenties – allemaal voor die éne sale. Ook ‘knoeien’ met Attributie Windows (zie boven) wordt door deze marketeers vaak door de vingers gezien.

Instream vs. Outstream video

Instream video’s zijn pre-rolls, mid-rolls en post-rolls. Advertentievideo’s geplaatst voor, tussen of na videocontent en enkel in een video-omgeving zoals YouTube of Uitzendinggemist. Outstream video’s zijn niet afhankelijk van videoplatformen en kunnen in meer soorten omgevingen geplaatst worden, zoals tussen teksten of in social feeds.

<i>Het verschil tussen insteam en outstream video. Bron: Celtra</i>
Het verschil tussen insteam en outstream video. Bron: Celtra

GAFA

Een acroniem voor Google, Apple, Facebook en Amazon. Een term die ontstaan is in Frankrijk en al enkele jaren wordt gebruikt, maar in 2018 nog meer aandacht krijgt. In de marketingwereld omdat dit jaar GAFA nog meer druk legt op de balans in het Nederlandse ecosysteem van uitgevers. In de politiek omdat grote landen binnen de Europese Unie een offensief inzetten voor de zogenaamde GAFA-belasting: een eis die inhoudt dat Amerikaanse internetbedrijven voortaan belasting moeten betalen over de omzet die ze in EU-landen boeken, in plaats van de winst die zij vaak buiten het zicht van de lokale belastingdiensten weten te houden.

Conversational advertising

Al een aantal jaar wordt gepraat over de take-over van chatbots. Eerder vooral als klantenservice tool, in 2018 steeds vaker als advertising instrument op mobile om direct het gesprek aan te gaan met de consument.

Video voorbeeld:

Branded interface

Een visueel touchpoint van een merk. Een visueel design is op dit moment een veelgebruikte mogelijkheid om een onderscheid te creëeren in het hoofd van consumenten. Langzaam bewegen we naar een wereld waarin voice-systemen een meer centrale rol gaan spelen. Een wereld die draait om geluid. Dit beperkt de visuele mogelijkheden van een merk in termen van marketing en daarom gaan merken in 2018 steeds vaker onderscheid maken tussen branded interfaces en branded conversations.

Blockchain

Een vorm van databeheer dat het best vergeleken kan worden met een gedeelde Google spreadsheet: het is één centraal bestand waarin iedereen (met toegang) aanpassingen kan aanbrengen. Het wordt automatisch gedeeld met iedereen die toegang heeft tot het bestand. Maar, in tegenstelling tot Google spreadsheet bestanden, is het bij blockchain niet mogelijk om wijzigingen door te voeren aan eerder toegevoegde regels. De cryptografische software van blockchain zorgt ervoor dat gebruikers enkel nieuwe regels kunnen toevoegen aan de onderkant van de lijst.

In 2018 onderzoeken steeds meer media- en advertisingbedrijven hoe zij blockchain kunnen toepassen in hun advertentie inkoop-strategie. Op deze manier zou inzichtelijk gemaakt kunnen worden welke impressie aan welk device is laten zien, voor welke prijs en welke acties daarna zijn ondernomen. Een potentiële oplossing voor de vraag naar transparantie en fraudeproblemen in de advertentiewereld. Dit gaat alleen lukken als alle schakels in de keten meewerken.

Appvertising vs. app marketing

App marketing is een verzameling van marketingactiviteiten met als doel het aantal gebruikers en/of de gebruiksfrequentie van de app te vergroten. Voorheen focusten app marketeers zich voornamelijk op app advertising of ‘appvertising’. Maar er zijn veel meer invloedrijke factoren, namelijk: ASO (app store optimalisatie), onboarding tactics (het proces van gebruikers verwelkomen en wegwijs maken in de app) en monetization (een app rendabel maken). Dit jaar realiseren steeds meer marketeers zich dat al die activiteiten gezamenlijk een strategie behoeven.

GDPR (General Data Protection Regulation)

De nieuwe privacywetgeving, opgesteld door de Europese Unie, die per 25 mei 2018 ingaat. In grote lijnen betekent de wet dat, indien je als organisatie met persoonlijke of naar individuele persoon herleidbare data wilt werken, je daarvoor een meer specifieke toestemming van de eindgebruiker nodig hebt dan voorheen.

In dit artikel lees je meer over de mogelijke uitdagingen die de GDPR-wetgeving zal opbrengen, maar hoe de Europese privacywetgeving er in de praktijk uit gaat zien weet nog niemand.

Deze blogpost is geschreven door Martine Hammink, MobPro.

[Header afbeelding © kathayut – Adobe Stock]

Share this post