Wat is het opeens met Japanse ontwikkelaars die halve spellen van iemand anders pakken om ze te integreren in hun eigen werk? Dragon Quest Builders is niet een beetje Minecraft, en nu komt World of Final Fantasy opeens met een mix tussen het soort RPG waar ze om bekend staan en Pokémon. Het is in alles een game die er even tussendoor komt voordat Final Fantasy XV de serie echt voortzet.
Je kunt het eigenlijk al aflezen aan hoofdpersonen Reynn en Lann, die wel een eigen verhaal hebben maar veel meer in de lijn van Kingdom Hearts zitten dan een eigen plek in het Final Fantasy-universum hebben. Sterker nog, ze zijn heel erg op bezoek. De wereld waarin ze de actie zich afspeelt genaamd Grymoire wordt naast alle bekende Final Fantasy-beesten, die je deze keer niet alleen moet bevechten maar ook moet vangen, bevolkt door Final Fantasy’s greatest hits-karakters als Cloud uit FFVII, Tidus uit FFX en andere groten der serie.
Het vechtsysteem combineert het Active Time Battle dat we kennen uit Final Fantasy met het stapelen van karakters. De vijanden (‘Mirages’) die je vangt kun je zelf gebruiken en zijn verdeeld in maatjes S, M en L. Je kunt kleiner op groter stapelen en om het nog ingewikkelder te maken kunnen je eigen karakters ook van maat L naar M wisselen door zichzelf ‘chibi’ (klein en cute) te maken. Die twee vormen moeten apart bewapend worden, de combinaties met de verschillende beesten hebben allemaal impact op wat voor aanvallen je kunt doen en de effectiviteit ervan, wat er allemaal samen voor zorgt dat je veel tijd spendeert met pielen aan je opstelling.
Het stapelsysteem gaat heel diep, met een bonus als je de juiste combinaties vindt en een extra mechaniek dat je stapel kan doen omvallen, waardoor het weer ieder voor zich is in de aanvalstijdlijn. Dat je de verschillende Mirages ook alleen kunt vangen als aan bepaalde voorwaarden zijn voldaan (en dat is niet altijd alleen maar genoeg schade doen) maakt het verzamel-aspect ook leuk. Het systeem, ingewikkeld als het is, houdt je dus goed bezig. Nu zou dat niet erg zijn als gevechten sporadisch en belangrijk waren, maar je wordt als het even tegenzit elke tien stappen in Grymoire lastiggevallen door een nieuw beestje dat je al lang gevangen hebt en weinig meer doet dan je tijd verspillen en dat gaat in een spel dat zo lang is nogal irriteren.
Het verhaal mag dan een feest der herkenning zijn voor de serieuze Final Fantasy-fans, het irriteert net zo vaak als het charmeert. Met een campagne die een uurtje of 40 nodig heeft om bij het einde te komen is bijvoorbeeld een compagnon (Tama) die tussen elk tweede woord ’the’ zegt een-the-beetje-the-irritant. Niet alleen is dat een ding, er zit zoveel gelul in de game dat het bijna onmogelijk lijkt dat het verhaal nooit echt vooruit gaat, maar toch is het zo. Los van alle fanservice (en die is leuk!) gaat het eigenlijk nergens over tot op het allerlaatst, als je al lang zo snel mogelijk door elk gesprek heen wilt skippen.
Het idee (tweeling met speciale krachten die hun geheugen kwijt zijn) is wel heel Final Fantasy, maar uiteindelijk blijkt dat het hele spel prima past in de trend van de serie van de laatste paar jaar: een gaaf vechtsysteem met een verhaal dat kant nog wal raakt. Dat betekent dat je serieus plezier moet kunnen halen uit het terugzien van zo veel karakters en vijanden uit de historie van de serie om de rest te vergeven. Mechanisch is World of Final Fantasy grotendeels goed, maar alles wordt zo ver opgerekt dat je lang voor het einde gewoon wilt dat het over is en dat is verdomd zonde.
[Afbeeldingen © Square Enix]