Perry Rodenrijs begon zijn gameverslaving met een NES op een zolderkamer en is er sindsdien nooit van genezen. Zijn andere passie is zijn metal band.
Soul Calibur is terug van weggeweest! Voor ondergetekende kwam de game een beetje als een verassing tussen al dat release geweld van de afgelopen tijd. Moet ik daarbij ook eerlijk bekennen dat ik de reeks na deeltje vier niet zo druk meer in de gaten heb gehouden. Deel vijf en het in 2014 free-to-play gedrocht “Lost Swords” zijn dus een beetje over me heen gevlogen, maar van kenners begrijp ik dat ik daar ook niet veel aan gemist heb.
Maar goed, deel zes dus. De game moet een soort terugkeer naar de roots voorstellen. Ontwikkelaar Project Soul smeert dat er nog even extra dik bovenop door ook het verhaal te rebooten. Dus mocht je verknocht zijn geraakt aan de nieuwere characters in de reeks heb ik slecht nieuws voor je. Het roster bestaat namelijk grotendeels uit characters van de eerdere games in de reeks. Maar wees niet getreurd, er zijn namelijk genoeg nieuwe elementen in de game.
Verhaaltjes in vechtgames
Voordat ik verder ga wil ik even benadrukken dat ik eigenlijk vind dat we verhalen in vechtgames gewoon moeten verbieden. Gewoon kappen ermee, want het boeit de doorsnee liefhebber van dit soort games helemaal niets wie – in dit geval – het magische zwaard te pakken heeft en wie niet. De doorsnee liefhebber wilt gewoon een potje knokken en zal vaak cutscenes skippen om maar bij de potjes terecht te komen.
Er zijn weinig vechtgames waar het verhaal goed tot zijn recht komt en ik verwacht ook niet dat we ooit nog een vechtgame gaan zien met een ijzersterk plot. Soul Calibur 6 is hierin ook geen uitzondering en hikt – net zoals zijn grotere broer Tekken – zelfs tegen het absurde aan. In een notendop was er ooit een piraat Cervantes, hij had een van de twee machtige zwaarden en moordde de halve wereld uit. Cervantes werd gestopt, het zwaard was kapot maar blijkt nu toch intact te zijn en iedereen is nu op zoek naar het zwaard.
In Soul Calibur 6 wordt dit verhaal aan je gepresenteerd via twee modi. Namelijk de Libra of Souls en Soul Chronicle. Het grote verschil tussen de twee modi zit hem in het character waar je mee speelt. In Libra of Souls maak je er zelf een aan via de best uitgebreide character creator. Vervolgens kies je op de wereldkaart zelf de volgende missies uit en speel je nieuwe missies vrij als je potjes wint. In Soul Chronicle speel je met de cast van de game, dit is nog het beste te vergelijken met een story mode zoals we hem vaker tegenkomen in vechtgames. Wat ik wel geinig vond is dat beide modi dus ook met elkaar verbonden zijn. De hoofdrolspelers verschijnen ook in Libra of Souls en “spelen” dan het verhaal wat je zelf met ze kunt spelen in Soul Chronicle.
Minder goed is de methode waarmee het verhaal aan de speler wordt gepresenteerd. Je krijgt namelijk tekstkaartjes te zien met af en toe een voice over. In een JRPG had ik dat geaccepteerd, maar ik had liever gezien dat er gewoon cutscenes in de game zaten. Ook bestaat een missie in Libra of Souls soms enkel uit wat dialoog. Een character verschijnt en verdwijnt daarna zonder dat echt duidelijk is waarom hij of zij in eerste instantie daar was. Ik merkte dat ik tijdens mijn speelsessies behoorlijk vaak versneld door de dialoog heen ging omdat het mij als speler niet veel bracht. Bij mij kwam het als vervelend en saai over en dat vond ik best zonde.
Soul Calibur 6 – een slechte game?
Is de game dan zo slecht? Nee, beide verhalende modi voelen door hun presentatie een beetje gedateerd aan. Maar de rest van de game zit heerlijk in elkaar. Je koopt een vechtgame uiteraard niet voor het geweldige verhaal, je koopt zo’n game omdat je potjes wilt knokken. Gelukkig levert Soul Calibur op dit vlak een fijn product af.
Deel zes voelt weer heerlijk zoals vanouds aan. De besturing voelt soepel en bijzonder responsief aan. Het duurt uiteraard even voordat je inkomt, maar als je de besturing een beetje onder de knie hebt ben je zo weer uren bezig. Ik vind een Soul Calibur game altijd wel redelijk makkelijk om op te pakken. Het gevecht systeem voelt in de basis altijd heel intuïtief aan. Als speler ben je meer bezig met pareren en verticale of horizontale aanvallen. Terwijl je in andere fighting games juist bruut wordt afgestraft als je de combo’s en special moves niet goed aanleert. Op dat vlak lijkt ook deze Soul Calibur op zijn voorgangers. De reeks is in mijn optiek een van de fijnste vechtgames voor nieuwkomers. Je pakt het vrij snel op, maar als je verdieping wilt kun je deze uiteraard ook vinden.
Een nieuw element in de game is de zogenaamde reversal edge. Met de druk van een knop vertraag je de tijd en doen beide spelers een aanval. Het is stiekem een soort gok, want je drukt tijdens deze aanval ook een knop in en die bepaald door een soort Rock-Paper-Scissors systeem of je rake klappen uitdeelt of zelf even de les gelezen gaat krijgen. Ik vind het een gave toevoeging aan de nogal basale movesets. Maar, vind het aan de andere kant een beetje smerig voelen als je een reversal edge incasseert op het punt dat je bijna de ronde gewonnen had. De criticals zijn ook terug van weggeweest, in tegenstelling tot voorgaande iteraties activeer je hier een critical door gewoon genoeg energie op te sparen en een knop in te drukken. Je hoeft dus geen moeilijke knoppencombinaties uit je hoofd te leren om fraaie aanvallen op het scherm te toveren.
Wat nog meer?
Zoals voorgaande delen in de reeks heeft dit deel ook een gast character en dat is deze keer Geralt van The Witcher. In mijn mening een erg gave toevoeging die prima past bij de rest van de cast. Want laten we eerlijk zijn, voorgaande delen toverden Jedi’s en zelfs Link van Zelda op het strijdtoneel waardoor de boel niet echt geloofwaardig aanvoelde. Ter illustratie, een duel met een light saber kun je toch nooit winnen? Of laten we het eens hebben over die ene keer dat Ezio di Auditore ook zijn opwachting maakte in een Soul Calibur game. Arme Ezio kon helemaal niet meer sneaky een kill maken maar moest voor de verandering echt knokken, nou kan onze favoriete Italiaanse vechtersbaas dat natuurlijk als geen ander. Maar toch voelde het een beetje maf aan. Geralt’s toevoeging klopt daarentegen gewoon. De vechtstijl past goed in de game en zijn special moves zijn korte magische spreuken die een kenner van The Witcher reeks direct herkent.
Naast een tof gast character kun je in dit deel ook je lol op met de character creator. Ik ben zelden zo’n uitgebreide doe-het-zelf modus tegengekomen in een vechtgame. Sterker nog, het doet me nog het meest denken aan een RPG qua opties. Ik moet daarbij wel onderstrepen dat de opties puur cosmetisch zijn, los van vechtstijl kun je dus niets aanpassen aan de performance van je character. Wel kun je het zo gek maken als je wilt en als je eventjes de tijd neemt om op YouTube te kijken zie je dat veel spelers je al voor zijn gegaan met knotsgekke creaties.
Conclusie
Soul Calibur 6 lijkt alle goede elementen van de reeks te combineren met wat veilige vernieuwingen om zodanig een leuke vechtgame neer te zetten. Hiermee lijken Project Soul en Bandai Namco erg op safe te spelen.Er hadden voor mijn smaak iets meer characters in het roster mogen zitten omdat dit voor nu een klein beetje mager aanvoelt ten opzichte van andere vechtgames. Maar een voordeel hiervan is dat alle characters nu wel goed gebalanceerd aanvoelen ten opzichte van elkaar. Los van de ietwat gedateerde verhaal modi haal je gewoon een compleet pakket in huis waar je nog veel tijd zoet mee zult zijn. Ook voor nieuwkomers een mooi moment om in te stappen aangezien je dit deel als de reboot van de reeks moet zien.
[Afbeeldingen © Bandai Namco]