Dat de laatste Transformers games geen groot succes was, noemen we een understatement. Lage cijfers, nog lagere verkopen en de vrees dat we weer zo’n wanproduct mochten recenseren. Maar, halleluja, Hasbro besloot het over een andere boeg te gooien. Het gaf de serie aan PlatinumGames.
En, mijn god, wat maken ze er weer een spektakelstuk van. In de waanzinnige gevechten tegen Megatron, Starscream, Soundwave en MotorMaster knallen de explosies, lasers en keiharde Japanse rockmuziek je om de oren.
Terwijl de films bulken van het nihilisme keert Transformers: Devastation terug naar de onschuldige jaren tachtig. Er zit ook een zekere charme aan melige oneliners, de serene wijsheid van Optimus Prime en het schouwspel van Grimlock, “DINO DASH!!” brullend achter een straaljager aan dribbelend. De achtjarige in ons kon niet meer stoppen met grijnzen.
PlatinumGames grijpt ook terug naar Bayonetta. Naast de vloeiend lopende combinaties zullen veteranen zullen ook de Witch Time manoeuvre herkennen. Ontwijk op het juiste moment een aanval en de tijd loopt voor een paar seconden heel erg traag. Genoeg voor een keiharde counter.
Uiteraard heeft PlatinumGames de ‘transformatie’ ook in de besturing gevoegd. Voer een combinatie goed uit en je krijgt de optie om erna in een auto / dino te veranderen en vervolgens een flinke tik na te geven. Als je snel bent ga je daarna vloeiend over in een nieuwe combinatie.
Helaas biedt Transformers: Devastation op dit gebied niet meer. Transformerend kan je nog verborgen items ontdekken, door schilden breken, uppercuts en dropkicks uitdelen en het bevat de incidentele race. Toch gaat het niet zo ver als de krankzinnige haarcombo’s in Bayonetta of heeft het de impact van Blade mode in Metal Gear
PlatinumGames probeert dit op te vangen door Synthesize en T.E.C.H.. Met de eerste kun je wapens met elkaar combineren om sterkere te creeëren, met het tweede ontwerp je (spelenderwijs) attributen om je statistieken te verhogen.
Helaas hebben ze weinig impact op de game. Je bent weliswaar sterker, maar je ziet het nauwelijks terug in de regelmatig pittige baasgevechten. Extra vechtbewegingen of een skill tree waren beter geweest.
Daardoor haalt de Devastation nooit het niveau van een Bayonetta of Revengeance – hoewel het vaak dicht bij komt. Spectaculaire baasgevechten genoeg, maar door de enorme hoop aan karakters voelen ze minder speciaal aan. Er ontbreekt een extra element om de game tot een echte klassieker te maken.
De bekende problemen in het ‘spectacle fighter’ genre keren ook in Transformers: Devastation terug. De camera werkt soms niet mee, de omgevingen voelen leeg aan en het valt op den duur in herhaling. De game is ook kort: binnen zes á tien uur heb je hem uitgespeeld.
Toch blijven het uren waar het innerlijke kind juichend opstaat. Of het nou het gevecht van de eeuw met Megatron is, de gierende Japanse gitaren of ieder gouden citaat dat uit Grimlock’s muil komt, de glimlach zal er niet minder om worden.
De bittere nasmaak van vier Michael Bay films en Rise of the Dark Spark weet PlatinumGames weg te spoelen. Het haalt niet het niveau van hun klassiekers, maar de lol is er niet minder om. Zin in een spectaulaire trip naar de jaren tachtig? Kijk niet verder dan Transformers: Devastation.