Martijn Steinpatz schrijft al jaren over games en speelt ze nog veel langer. Wil meer dan alleen standaard artikelen schrijven.
Half-Life 3 staat net zoals The Last Guardian en Beyond Good & Evil 2 in het beruchte rijtje van titels die misschien nooit meer uit gaan komen. Black Mesa – de remake van het originele Half-Life – hoort daar deels bij. Officieel kwam hij deze maand uit, maar dan wel op Early Access.
Zelfs de grap om bij iedere ontwikkeling rond Valve ‘Half-Life 3 confirmed’ te roepen is niet meer hilarisch. Alle petities en demonstraties ten spijt, het aantal mensen dat in een nieuw deel gelooft krimpt met de dag. De makers zijn te druk bezig met Steam, Steam Machines en VR met de HTC Vive, zo denken velen.
Toch blijkt het niet zo gek dat gamers blijven hopen. Sluipend en schietend door het enorme onderzoekscomplex van Black Mesa merk je nog steeds hoe goed de velden in elkaar steken. Valve en Gearbox wisten een bijna perfecte balans van schieten, platformen en plot neer te zetten.
Het team vrijwilligers dat besloot het eerste deel in een nieuw jasje te steken was niet te benijden. Black Mesa moest niet alleen een grafische verbetering van Half-Life worden, het kreeg ook nog de physics elementen van deel 2 én het moest natuurlijk de magie van het origineel bewaren.
Geen geringe uitdaging. Dat bleek wel uit de ontwikkeling. Black Mesa begon in 2004 met twee man en groeide uit tot de Crowbar Collective, een team van veertig vrijwilligers. Dat was niet genoeg: slechts 85% van de game is klaar. De laatste 15% hopen de makers door Early Access te financieren.
Is het die twintig euro waard? Zeker voor nostalgische redenen. De Crowbar Collective weet de magie van de eerste Half-Life te evenaren. Black Mesa doet je net zo intelligent voelen als in Valve’s meesterwerk. Al snel speur je iedere hoek af op zoek naar een uitgang of item, net zoals vroeger.
De (re)makers durven zelfs in de game te knippen en plakken. Sommige velden zijn volgens mij korter dan in het origineel. Zo maken de tentakelmonsters maar één keer hun opwachting. Ook heeft de ontwikkelaar eigen puzzels erin gestopt. Erg ver gaan ze niet (en veel zijn het er niet) maar het is een aardige toevoeging.
Black Mesa blijft vooral een audiovisuele update. Veel personages hebben een nieuwe skin, de audio is opnieuw ingesproken en personages hebben extra zinnen gekregen. Neem de Vortigaunts. In Half-Life waren dat nog krijsende agressieve aliens. Hier komen ze meer overeen met de mystieke wezens uit deel twee. Wetende dat ze eigenlijk slaven zijn, voel je je (bijna) schuldig als je ze naar het hiernamaals verwijst.
Uiteraard blijft het gebaseerd op een grafische engine van een kleine tien jaar geleden, dus erg indrukwekkend ziet het er niet uit. Maar als je bedenkt dat dit van een klein team van overenthousiaste amateurs komt, moet je het toch een beetje bewonderen.
Toch blijft Black Mesa geen complete game. Niet alleen omdat de Xen-levels nog niet klaar zijn. Laadtijden duren erg lang, wat de immersie verbreekt. Vooral in de laatste velden zagen we de framerate af en toe haperen en vijanden ineens stilstaan. Hier mag nog aan worden gewerkt.
Ander belangrijk punt: de game kan nog steeds gratis worden gedownload. Naar wat we begrepen zit er ook weinig verschil tussen beide versies. Dus we kunnen gamers wel begrijpen, waarom ze liever geen twintig euro willen neertellen voor een Early Access game.
Maar waarom niet? Natuurlijk, kan het nog heel lang duren voordat we het einde van Xen zien, maar The Crowbar Collective heeft nu al een prestatie van formaat neergezet. Een beloning lijkt niet meer dan redelijk voor elf jaar hard werk. Al is het alleen maar omdat Black Mesa ons weer herinnert waarom mensen nog steeds op Half-Life 3 wachten.