Waarschuwing voordat je gaat lezen: deze column bevat veel Engelstalige scheldwoorden. Ben je snel beledigd of onder de 16: een gewaarschuwd gamer telt voor twee.
Call Of Duty Black Ops heeft het multiplayer-vuur in mij weer aangewakkerd. Halverwege dit jaar ben ik gestopt met Modern Warfare 2. De reden? Aimbots en andere manieren waar ‘gamers’ het leuker vinden om mee te winnen. Sinds de lancering van Call Of Duty Black Ops is het weer elke avond feest in huize van Trierum. Met een gezellig clubje van vrienden, collega’s en industrierelaties wordt dagelijks virtueel geschoten in een gesloten party. Een beetje ouwehoeren, je druk maken over die onmogelijke manier waarop je dood ging en daarna via Theater Mode filmpjes nakijken en screenshots maken. Kortom gezellig. Een avond deze week was niemand online (Ajax speelde) en kwam ik terecht in een open server. Al snel kreeg ik een flashback naar Modern Warfare 2.
In nog geen tien minuten werd ik uitgemaakt voor alles en nog wat en vertelde iemand die niet ouder dan 13 jaar kon zijn (beginnende baard in de keel) mij dat hij gisteravond iets zeer onsmakelijks had gedaan met mijn moeder. Nu ben ik ook niet vies van een stevig potje trash talking, maar dit ging (weer) tien stappen te ver. Ik wil jullie de meest briljante woordenwisseling niet onthouden. Nadat ik een Amerikaanse medespeler complimenteerde met zijn kill, kreeg ik de wind van voren.
“Eat that motherfucker, you can suck my dick.”
“Euh daar ben ik niet zo’n liefhebber van maar toch bedankt.”
“What kind of fucking language are you talking, fucking pussy foreign asshole.”
“Gewoon Nederlands, eikel.”
“Talk American, motherfucker.”
“Ok, but American is not really a language, it’s English man.”
“How the hell do you know that fucking foreigner.”
“Isn’t that common knowledge, like the sky is blue.”
“What the fuck are you talking about. The sky is blue, hey guys we got a fucking faggot in our team.”
“Hahahaha, it takes one to know one, so is there something you want to share with us?”
“You cocksucker, I aint no homo, you are.”
Het spel begon en zijn tirade ging door.
“You better watch out you gay punk, my buddy is on the opposing team and I messaged him that he should rape you.”
“Ah there is this fascination with homo’s again. Buddy I am from Amsterdam, I really do not mind that you, or your friend on the opposing team is gay.”
“Marihuana smoking fuckwad, shit somebody shot me, it’s your fault fucking jesa.”
“Bub, maybe you should pay more attention on the game and less on me.”
“You would like that fucking jesa, bitch wouldn’t you.”
Diepe zucht.
“Yeah you better watch out fucking foreigner.”
“Hey man I wish you the best. Before I mute you good luck with your coming out.”
“You asshole, don’t you mute my…”
Eigenlijk vond ik de woordenwisseling erg grappig. Maar toen ik dit de morgen erna tegen mijn vrouw vertelde, trok ze haar wenkbrauwen op en mompelde: ‘ Gezellig spelletje, dat Call Of Duty van jou’. Een paar uur later kreeg ik van haar een direct message via Twitter: TIME is looking for people who use Call of Duty or Halo as ways to talk about God with non-Christians. Reply to @Allie_Townsend if it’s you.
Ik las de tweet meerdere keren en na enig online-speurwerk was ik nog geen stap verder. De vraag is gesteld door het opinieblad TIME. Een journalist wil waarschijnlijk een verhaal schrijven over de combinatie geloof en first-person shooters. Sinds de originele Xbox en de PlayStation2 speel ik al online en nog nooit eerder heb ik het woord God horen gebruiken. Ik ben er toch nieuwsgierig naar geworden: als gelovige discussiëren over God terwijl we samen een virtueel bloedbad aanrichten. Herken jij jezelf daarin, mail dan niet naar Allie Townsend van TIME, maar voeg mij toe in je vriendenlijst. Spelen we een leuk spelletje.
Jeroen van Trierum is al 11 jaar werkzaam als journalist in de game-industrie waarvan de laatste zes jaar als gameredacteur bij het vakblad Entertainment Business.