Het heeft enorm lang geduurd, maar eindelijk is er zometeen op 8 december een nieuwe Halo. Eentje die natuurlijk de oude technische hoogstandjes aan wapens laat terugkomen, maar ook komt met nieuwe innovaties. Technologie speelt vaker een grote rol in games. We hacken soms heel wat af. Dit zijn vijf games die net even anders naar technologie kijken.
Metal Gear Solid is eigenlijk het James Bond-equivalent in de gamewereld. Snake heeft een goede sidekick aan Metal Gear Mk. II met zijn geweldige computerbrein. Dan is er ook nog het Fulton herstelsysteem, iets wat officieel zelfs bij de CIA vandaan komt. Fulton wordt gebruikt om soldaten en vracht via een ballon op te halen van de grond en vervolgens een vliegtuig te laten komen om ze mee te nemen. Maar dat is slechts het topje van de ijsberg: optische camouflage, nanotech prothese en railguns behoren ook tot het DNA van Metal Gear Solid.
Mass Effect heeft zijn eigen variant op de smartphone, namelijk de omni tools. Het is een apparaat met een prachtig design waarvan we alleen maar kunnen dromen dat onze smartphones er ook zo uitzien over vijftien jaar. Je kunt er bovendien een stuk meer mee dan WhatsAppen: het is een hacksysteem, een scanner, een reparatiegereedschap en een wapen. Oke, dat laatste hoeven we misschien liever niet te zien in de gadgets in onze echte wereld.
Denk aan technologie en videogames en Watch Dogs is waarschijnlijk het eerste dat in je opkomt. Deze gamefranchise staat geheel in het teken van hacken. Watch Dogs laat zien wat er kan gebeuren als de technologische vooruitgang versnelt, zonder gereguleerd of veilig te zijn. Hacktivisme is er in overvloed. Dit spel laat je wandelen op de dunne lijn die er bestaat tussen genieten van wat tech je kan bieden en het opmerken dat al die technologische vrijheden gepaard gaan met de nodige ethische beslissingen: hoe staat je privacy ervoor als je in een wereld leeft vol camera’s, die bovendien ook nog eens elk moment kunnen worden gehackt?
De actie-rpg Deus Ex: Mankind Divided kijkt heel anders naar technologie dan Watch Dogs. Hier wordt de technologie niet op mensen gericht, maar volledig in ze geïmplementeerd. Mensen kunnen ervoor kiezen om kunstmatige, cybernetische organen met allerlei aanpassingen te laten toevoegen aan hun lijf. Die aanpassingen komen echter met een prijskaartje. Ze zorgen voor een mechanische kloof tussen mensen en augmentaties. Ook hier gaat het heel erg om ethiek en politiek, net als in Watch Dogs, zeker omdat er ook volop wordt gehackt.
Quantum Break komt met een ietwat vreemde technische inslag in de vorm van Windows Surface-tablets en Windows-telefoons. Deze third-person actiegame geeft ons een dwaze kijk op technologie, aangezien het vreemd lijkt dat een samenleving die de mogelijkheid uitvindt om de tijd te beïnvloeden, nog steeds Microsoft Surface-tablets gebruikt die al jaren uit de winkel zijn. Zonde, want het overschot aan Microsoft-producten in deze game leidt af van het interessante verhaal over dat manipuleren van de tijd. Wat wij zo waarderen aan Quantum Break is zijn negatieve kijk op technologie, en hoezeer tech onderhevig is aan rages -en aan veroudering-. Iets dat we minstens elke drie jaar ondervinden met onze smartphones.