Vijf redenen om meer dan één streamingdienst-abonnement te hebben

Amazon Prime Video, Disney+, Netflix, Videoland, Ziggo Go en dan straks ook nog HBO Max en Peacock. Hoewel het heel tof is dat we straks nog meer toffe films en series voorgeschoteld gaan krijgen, is het moeilijk om te beslissen voor welke streamingdienst we kiezen. Aan welke dienst geven we ons geld maandelijks uit? Dat hoeft er helemaal niet één te zijn.

Familieabonnementen

In Amerika schijnt 70 procent van de huishoudens een abonnement te hebben op een streamingdienst en de gemiddelde abonnee kijkt zelfs wel 3,4 diensten. Dat wordt vaak mogelijk gemaakt door familieabonnementen en andere manieren om op het account van een ander te kijken. Normaliter zou iemand daar anders 29 dollar per maand aan kwijt zijn, maar nu is dat door die speciale accounts slechts 8 of 9 dollar. Kortom, het is helemaal niet zo erg om meer dan één streamingdienstabonnement te gebruiken, juist omdat je deze makkelijk met anderen kan delen waarbij de kosten laag blijven.

De content

De belangrijkste reden voor mensen om zich bij een video-on-demand-dienst aan te sluiten, dat is voor de hand liggend: de content. Als iedereen het heeft over een bepaalde serie die zo goed schijnt te zijn, dan is het afsluiten van een abonnement à 7 of 8 euro per maand zo gepiept. Het is toch een stuk leuker praten bij de koffieautomaat als je weet waarover het gaat. Al is de grootste reden om het te kijken waarschijnlijk niet om indruk te maken op collega’s of vrienden, maar vooral omdat de kwaliteit van een serie of de onderwerpkeuze heel aansprekend is. Elke dienst heeft zo zijn originals die werkelijk het scherm afknallen: HBO heeft Game of Thrones, Netflix heeft House of Cards, Amazon Prime heeft Good Omens, en ga zo maar door.

Aanraders

En als je er toch bent voor die ene serie, dan zorgt die dienst er mede door het gebruik van ‘aanraders’ voor dat je blijft kijken. En ja, volg je eenmaal een serie zoals Mr Robot, dan blijf je al gauw bij Amazon Prime plakken voor als dat volgende seizoen erop komt. Nu zijn er series die op meerdere kanalen staan, zoals Downton Abbey, maar meestal zijn het juist die originele series die exclusief zijn waarvoor je komt én waarvoor je blijft plakken. Netflix bijvoorbeeld heeft veel meer bijzondere originals dan House of Cards alleen. En net als bij YouTube als je eenmaal één kattenfilmpje kijkt: het algoritme blijft je nieuwe opties voeden die je wil zien.

Je hebt geen gewoon televisieabonnement meer

Een abonnement op televisiezenders kost geld. Je moet er echter wel voor naar commercials kijken, je kunt veel programma’s alleen zien op het moment dat ze op televisie zijn, enzovoort. Het ‘on demand’-gedeelte is niet alleen aantrekkelijk, het is ook nog zo dat het er vaak voor zorgt dat je helemaal geen televisieabonnement meer nodig hebt. Er is immers genoeg leuks om te kijken op streamingdiensten. En voor de prijs van een televisieabonnement (17,80 euro per maand voor het simpelste pakket) kun je ook lid zijn van meerdere streamingdiensten. Geen commercials, kijken wanneer jij wil en zelfs offline als dat zo uitkomt.

Elke streamingdienst heeft zo zijn charme

Elke streamingdienst heeft iets dat het uniek maakt. Amazon Prime Video biedt veel content die je ook op Netflix kunt zien, maar die krijg je gratis als je een Amazon Prime-account aanmaakt op Amazon. Disney+ is weer bijzonder omdat het veelal content voor het hele gezin bevat en zo’n beetje het alleenrecht heeft op grote franchises als Star Wars en Marvel. En waar je zoon of dochter graag Disney+ kijkt, kijk jij af en toe ook graag naar het iets minder kindvriendelijke HBO. Zo bestaan er voor elke streamingdienst meerdere redenen om juist voor die dienst te kiezen.

Het is moeilijk kiezen en misschien is het hebben van abonnementen op vijf verschillende streamingdiensten wat veel, maar het is helemaal niet slecht om naar meerdere diensten te kijken. Elk heeft zijn charme, en de meeste diensten hebben zo’n handig familie-abonnement, waardoor je er niet per se meer geld aan kwijt bent. Sharing is caring.