We zitten nog even te wachten tot het Formule 1-seizoen weer begint, maar ondertussen wordt de ene na de andere Formule E-aankondiging gedaan. Maserati heeft gisteren aangekondigd dat het zich met die tak van sport gaat bemoeien. Er gaan steeds meer bedrijven overstag, al is het wachten nog steeds op Ferrari. Dit is wat Formule E inhoudt en wat het zo interessant maakt qua competitie.
Formule E is een racevariant zoals Formule 1 en Formule 3, maar in tegenstelling tot de ronkende motoren van die racebolides is Formule E er volledig op geënt om elektrisch te rijden. Het is elektrisch racen. Maserati wil zich met zijn deelname vooral in de kijker spelen van zijn rijke (potentiële) klanten, want met de races doen ze allerlei grote steden over de hele wereld aan en kan het merk goed laten zien wat het elektrisch gezien in huis heeft.
Formule E is niet slechts rijden met een elektromotor en that’s it. Het gaat om het algehele plaatje van duurzaamheid. Het idee is om te laten zien dat er een schonere toekomst is voor racing en automotive en dat kun je net als in de Formule 1 het beste laten zien door je beste werk te tonen op de verschillende circuits. Formule E is gestart in 2014, maar groeit de laatste jaren enorm, waardoor het grote coureurs en teams weet aan te trekken: wat Maserati met zijn recente aankondiging ook bewijst.
Een Formule E-auto wordt gereden door één coureur en bestaat uit een omvormer, een motor, een accu en een transmissie. De accu genereert elektriciteit, de omvormer neemt dit en maakt er geen directe stroom van, maar een alternatieve stroom. Die kan de motor weer gebruiken om de wielen te laten draaien. Net als elektrische auto’s en scooters racet een Formule E-auto keihard weg, maar hij haalt in totaal een topsnelheid van 280 kilometer per uur. Ze halen in 2,8 seconde de 100 kilometer per uur dankzij de 250 kilowatt aan kracht.
Een Formule E-auto weegt zo’n 903 kilogram en dat ligt vooral aan de batterij die zo’n 385 kilo weegt. Die batterij gaat makkelijk een hele race mee: de races zijn ook wat korter dan die van de Formule 1: ze duren drie kwartier. Het is onnodig om daarin een pitstop te maken voor de batterij.
De bedrijven die zich al vanaf het prille begin aan deze tak van sport hebben verbonden zijn McLaren, Williams en Renault. Zij zorgden in 2012 toen Formule E werd opgericht voor 42 auto’s die elektrisch kunnen rijden. Niet dat er 42 auto’s in de wedstrijd rijden. Elk team heeft twee coureurs en dus ook twee auto’s. De grand prix van Formule E worden verreden in twaalf straatcircuits over de hele wereld en zijn ongeveer 3 kilometer lang. We noemen het geen grand prix, maar een ePrix. Je kunt de races makkelijk op straatcircuits middenin grote steden houden, omdat de auto’s maar 80 decibel aan herrie produceren, wat ongeveer net zoveel is als een normale auto.
De races vinden plaats op één dag: een vrije training in de vroege morgen, in de late morgen de kwalificatie, in de middag een oplaadpauze van een paar uur en dan ‘s avonds de race van 45 minuten. Kampioenen waren tot nu toe Nelson Piquet jr, Sebastien Buemi, Lucas di Grassi, Jean-Eric Vergne, António Félix da Costa en onze eigen Nyck de Vries. Dat is erg knap, want in tegenstelling tot de Formule 1 rijdt iedereen in exact dezelfde auto, waardoor het veel competitiever is dan de Formule 1.
Leuk detail: Mercedes wist het misschien net niet te halen in de Formule 1 dit seizoen, maar in de Formule E wist het wel de winst te pakken met de Nederlanse Nyck de Vries achter het stuur. Ook goed om te weten: ook in de Formule E is het de FIA dat de scepter zwaait. Goed nieuws: over twee weken start de Formule E in Diriyah.