Esports, voor de een is het zijn lust en zijn leven, voor de ander is het een vaag begrip. Tip: het is niet gewoon schaken tegen de computer. Esports is hetzelfde als voetbal, met spelers in het midden en een tribune vol supporters eromheen, alleen wordt dat voetbal gespeeld op een computer of gameconsole. Kijk naar Azië en je ziet gigastadions vol met uitzinnige fans, en games ver buiten de FIFA’s van deze wereld: League of Legends, PUBG, Starcraft, Dota 2… Mensen zijn ervan bezeten. De pro’s die spelen én de fans die juichen. Dat is esports. Maar: in hoeverre doen we er in Nederland echt iets mee?
In Nederland doen we er op zich best veel mee. Er is een aantal Nederlandse pro-spelers die hoge ogen gooien. We schreven laatst nog over de FIFA-winnaar, maar je hebt bijvoorbeeld ook in bekende teams spelen. Om een aantal toppers te noemen: ChrisJ, ViolentPanda, Ibiza, YoungBuck, Rojo, Mitr0, Seleri en Jarno Opmeer. Mannen om in de gaten te houden. Vrouwen? Not so much. De introductie van vrouwelijke pro-gamer Ellie (uit de VS) in een Overwatch-team werd zelfs zo hard bestreden, dat ze binnen een maand alweer is vertrokken. Helaas: wat dat betreft hebben we nog wel wat te leren. Er zijn wel talentvolle vrouwen in de esports, maar die zijn helaas nog aanzienlijk minder bekend dan hun mannelijke concurrenten. We noemen Laura van Eijk en Petra Stoker bijvoorbeeld.
In ons land zijn niet veel arena’s voor esports, wat mede komt omdat dit nog vrij nieuw voor ons allen is. Wel heb je er een in Alphen aan den Rijn en sinds kort ook in Purmerend (al noemt het zichzelf ‘Amsterdam’ als het om de esports-arena gaat). Dit zijn plekken waar het steeds vaker moet gaan gebeuren. Op dit moment zou 4 procent van de volwassenen tenminste een keer per jaar naar een esportswedstrijd kijken waarin de pro’s het tegen elkaar opnemen. Waarschijnlijk groeit dat aantal nog wel, net zoals het in Azië zo enorm is gegroeid.
Het hangt ook van de game af: FIFA (dat vanaf nu EA Sports FC heet) is een van de populairste esportsspellen in Nederland. Het wedstrijdkanaal op YouTube van de eDivisie heeft meer dan een ton aan volgers. We schijnen in Nederland een echte kat-uit-de-boom-kijk-techhniek toe te passen als het om esports gaat en dat heeft mede te maken met het nogal hardnekkige beeld van wie een gamer is: een pukkelige tiener die op zijn donkere zoldertje, Doritos-etend, energydrink-drinkend en met een controller ter hand tot in de veel te late uurtjes aan het gamen is. Hoe hard je ook tegen dit vooroordeel aanschopt: hij is hardnekkig, zo blijkt. Dat zie je ook aan hoe moeilijk het is om de topsportstatus voor studenten te verkrijgen voor esports: dat komt er maar moeizaam doorheen bij het Nederlandse educatie-establishment.
Leeft esports in Nederland? Het hangt er vanaf waar je kijkt. Er is zeker niet alleen maar weerstand, anders hadden we geen succesvolle eDivisie en mooie esportslocaties. Al die dingen komen niet uit de lucht vallen. Onder andere zit de Branchevereniging Esports Nederland erachter. Die vereniging is nu begonnen met een campagne: Het antwoord is esports. Het is allemaal bedoeld om dat plaatje dat mensen nu bij esports hebben, positief te vernaderen. “Met deze campagne willen we esports en gaming zichtbaar en positief verbinden met maatschappelijke opgaven”, zegt voorzitter Frederik Peters.
Branchevereniging Esports Nederland, dat bestaat uit onder andere Nederlandse esportsteams, het bedrijfsleven en professionele gamers, laat weten in een persbericht: “Onderwijsinstellingen breiden nu al hun aanbod uit met opleidingen gericht op deze groeiende sector. Werkgevers zien in esports een mogelijkheid bij uitstek om talentvolle medewerkers te vinden. Ook voor overheden liggen er kansen. Zo gamet de politie om jongeren te bereiken. Sportverenigingen zoeken naar manieren om leden te behouden en kijken nadrukkelijk naar de kansen van esports.” Het idee van het populairder maken van esports in ons land is zorgen dat ons kleine landje in de top 10 beste esportslanden ter wereld komt te staan.