Een AirTag is handig. Je kunt ze gebruiken om sleutels, een tas of andere spullen op te sporen als je die weer eens ergens hebt neergelegd, maar niet meer weet waar. In de VS heeft een AirTag enkele maanden geleden, op de ochtend van Halloween, de diefstal van 1,1 miljoen dollar opgelost.
Dat geld was buitgemaakt door twee overvallers. Die hadden een geldkoerier van Brinks onder bedreiging van een vuurwapen beroofd van een geldtas en cash geld van de geldautomaat die de koerier juist aan het bijvullen was. In totaal dus zo’n 1.1 miljoen dollar. Korte tijd later werden de twee overvallers, broers, in de kraag gevat door de lokale hermandad.
Uit documenten van de rechtbank blijkt nu dat de politie de overvallers relatief makkelijk heeft kunnen opsporen. In een van de gestolen geldkoffers zat namelijk een AirTag die regelmatig zijn locatie, en dus ook die van het geld, doorgaf aan Brinks. Die informatie werd vervolgens gedeeld met de rechercheurs die belast waren met de zaak.
Zij konden de overvallers, en een handlanger die het geld in een Jeep vervoerde vervolgens amper een uur na de overval al oppakken. Inmiddels zijn zowel de twee broers als hun handlanger in staat van beschuldiging gesteld. Zij zullen zich binnenkort voor hun daad bij de rechter mogen verantwoorden.
AirTags worden ze wel eens gebruikt om personen te volgen. Daar zitten wel een paar haken en ogen aan. Apple heeft hiervoor al diverse keren updates uitgerold.
Wanneer de AirTag namelijk drie dagen niet in de buurt van zijn ‘homing device’ (iPhone) komt, dan gaat hij geluid maken. Dit om te voorkomen dat je hem gebruikt om iets of iemand langere tijd, stiekem, te volgen.
Toch zijn er ook nog altijd zorgen over de ‘spionagekwaliteiten’ van AirTags. De fabrikant blijft daarom haar best doen om de trackers ‘privacyveiliger’ te maken.