We hadden al een vermoeden dat het Woord van het Jaar 2020 iets te maken zou hebben met corona. Bijna het hele jaar draaide op de een of andere manier om de pandemie. En bij zo’n compleet nieuwe manier van leven horen ook nieuwe woorden. Had je een jaar geleden anderhalvemetersamenleving geroepen, dan had iedereen je vragend aangekeken. Het Woord van het Jaar zegt in 2020 alles over waar het jaar om draaide.
De verkiezing voor het Woord van het Jaar wordt ieder jaar georganiseerd door Van Dale. Iedereen kon suggesties doen voor woorden, waarna 2 weken lang gestemd kon worden op de woorden die het meest zijn genoemd. De top 3 bestaat volledig uit corona-gerelateerde woorden. Op nummer 2 eindige fabeltjesfuik en op 3 viruswappie. Vorig jaar was boomer Woord van het Jaar, in 2018 blokkeerfries en appongeluk ging er in 2017 met de titel vandoor.
Ook in België werd een toepasselijk woord uitgeroepen tot Woord van het Jaar 2020. Daar won namelijk knuffelcontact. Een begrip dat wij hier niet kennen. Een knuffelcontact is een persoon, buiten de eventuele leden van het gezin, met wie je nauw (fysiek) contact mag hebben tijdens de coronacrisis. Op nummer 2 staat in België covidioot en op 3 hoestschaamte.
Op veel plekken ter wereld wordt een Woord van het Jaar gekozen, zo maakt kiest ook Oxford Languages jaarlijks een Engelstalig uit. 2020 is volgens hen lastig samen te vatten in één woord. In plaats daarvan hebben ze ervoor gekozen om een rapport uit te brengen. En dat is heel interessant, We zien daar precies wat er in de maanden van 2020 trending was. Waar we ons in januari nog druk maakten om de ‘bushfires’ in Australië, voeren woorden die aan corona gerelateerd zijn vanaf maart de boventoon.
Deze woorden vatten 2020 volgens Oxford samen:
Veel woorden kennen en gebruiken we hier ook. Nieuw voor ons was coronials, een term die gebruikt wordt als grap voor baby’s die tijdens de coronacrisis zijn verwerkt (een samenstelling van coronavirus en millennials).
