De Zweedse luchtmacht heeft op een spectaculaire manier een bosbrand weten te blussen. Niet met water, maar met bommen. En met succes, want het vuur is gedoofd.
Al twee weken woedde er een bosbrand in Zweden. Het gebied is moeilijk te bereiken door vliegtuigen. De brand was in een militair oefengebied. Er lagen ook nog niet-ontplofte bommen en granaten, wat het extra gevaarlijk maakt. Er zijn een aantal gevechtsvliegtuigen naar de plek van de bosbrand gestuurd. Elk van deze vliegtuigen had een GBU-49 lasergestuurde bom bij. Op bijna drie kilometer hoogte liet elk vliegtuig een bom vallen. Tot ongeveer 100 meter aan het inslagpunt doofde de bommen het vuur. Hoe dan?
Door de bommen ontstaat een explosiegolf. Dan is er een tijdelijk tekort aan zuurstof, waardoor het vuur dooft. De vlammen worden gescheiden van de bron, bomen en struiken in dit geval. Dit is vergelijkbaar met kaarsjes uitblazen. Als je dat doet, scheid je de vlam van het lont. Dit wordt ook gedaan bij olievuren, omdat daar absoluut geen water voor gebruikt mag worden.
Hier zie je een filmpje van de bommen op het vuur:
De bommen waren voorzien van GPS en lasersignaal. Met GPS kan een object op de grond geselecteerd worden. Als de vijand de satellietsignalen blokkeert, kan de laser gebruikt worden.
Het is niet de eerste keer dat bommen ingezet worden in de natuur. In 1935 bombardeerde een generaal een vulkaan op Hawaii om de lava-uitbarsting te stoppen. In 2016 gooide de Russische luchtmacht een bom op een bevroren rivier om het water weer te laten stromen.