Afgelopen week heeft het Huis van Afgevaardigden in de VS stilletjes sectie 702 van de Foreign Intelligence Surveillance Act verlengd met zes jaar. Die wet laat de NSA alle communicatie van alle buitenlandse burgers die buiten de VS wonen bekijken, zonder daar eerst een dwangbevel voor te hoeven halen.
Het programma wordt in tech-kringen gehekeld omdat het niet alleen een invasie is van onze privacy, maar dat de bedrijven die onze data hebben (Google, Facebook, Microsoft, Uber, het lijstje gaat door) niet eens mogen zeggen wanneer die data is bekeken, of het nou terecht was of niet. Er waren vorig jaar ook al een aantal senatoren die zich uitgesproken hebben tegen deze wet en gevraagd hebben om aanpassingen. Die zijn er niet gekomen.
Het is straks zo dat iedereen die als verdacht wordt aangemerkt bekeken kan worden, maar ook iedereen die de verdachte noemt. Volgens Amerika is sectie 702 het belangrijkste wapen tegen terrorisme, maar er zijn ook zorgen over het aantal Amerikanen die onterecht en illegaal digitaal getapt zijn onder deze wet.
Het grootste probleem is dat er geen enkel overzicht is op wie er wanneer en hoe lang wordt bespioneerd. De NSA hoeft geen enkele verantwoording af te leggen en dat zit politici, de techbedrijven en niet in de laatste plaats de consumenten die dachten hun data veilig bij de grote namen te hebben neergezet dwars.
Maar goed, al die problemen hebben blijkbaar niet gezorgd voor een herziening van de sectie en nu dat het besluit is genomen hoeft het alleen nog getekend te worden door de president. En zoals we allemaal weten tekent die alles, als er maar camera’s bij zijn. Dat betekent effectief dat je maar beter geen gesprekken kunt voeren over gevaarlijke personen op Messenger of via gmail, want je wordt bekeken.
[Afbeeldingen © fotomek – Adobe Stock]
