Met de lancering van de Playstation Vita deze week achter de rug kunnen we eens voorzichtig gaan kijken wat voor impact Sony’s nieuwe handheld-spelcomputer gaat hebben op de steeds lastiger in te schatten markt voor mobiele apparaten. Aan het apparaat zal het niet liggen: de specificaties van de “Ferrari onder de handhelds” liegen er niet om, met een prachtig touchscreen op de voorkant en touchmogelijkheden op de achterkant, twee analoge knoppen om de hardcore spelers blij te maken en -als je €50 meer uitgeeft dan de €250 die in de reclames genoemd worden- 3G-functionaliteit om zo gebruik te kunnen maken van alle ingebouwde netwerk- en sociale software. Het is het complete pakket.
Zoals de Amerikaanse uitdrukking het zo goed zegt: “everything and the kitchen sink” zit er in. En de software line-up, traditioneel de vijand van elke nieuwe gamesmachine, is zelfs van een heel behoorlijke kwaliteit. Het ziet er dus goed voor de Vita, althans als je een hardcore gamer bent met een redelijk gevulde portemonnee en een hang naar het allerbeste dat technologie je te bieden heeft. Sony gooide er vandaag een persbericht uit dat er nu wereldwijd 1,2 miljoen Vita’s verkocht zijn, waarvan je ongeveer de helft aan de westerse gebieden mag toeschrijven, oftewel de gebieden waar de portable nu net uit is. Is dat een succes? Het is verre van slecht voor een eerste week, dat is zeker. Maar de eerste week is voor de early adopters, als het om game-apparaten gaat wel.
Vanaf nu wordt het tijd voor die early adopters om het woord te verspreiden, iets dat redelijk vanzelf zal gaan als ik de reacties op mijn Vita om me heen zie. Allerlei mensen die niet zo heel erg into games zijn worden wel geïntrigreerd door het idee van een Playstation 3 die je in je handen kunt houden en het touchscreen maakt -misschien niet zo gek- de zaak nog wat interessanter. De mondhoeken krullen echter wel naar beneden als het thema prijs op tafel komt. Het apparaat voor €250 gaat nog wel, maar als dan de aap uit de mouw komt en blijkt dat je nog eens €50 moet lappen voor 3G, minstens €20 voor een memory kaart (hoewel: laten we elkaar niet voor de gek houden: dat gaat je zeker €50 kosten want je gaat echt geen 4GB memory card kopen behalve als het echt niet anders kan) en dan moeten we nog gaan shoppen voor games. En daar gaat het natuurlijk helemaal mis.
Het is heel begrijpelijk dat games die als ‘premium’ worden neergezet ook meer kosten dan Angry Birds, maar het blijft verdomde lastig om te verkopen aan mensen dat de gemiddelde game €40 moet kosten terwijl het enige ‘voordeel’ (om een bekende te quoten) “al die fucking knoppen” is. Want ja, de concurrentie ligt al lang niet meer bij de 3DS, die heeft het te druk met de doelgroep waar Nintendo steeds meer de focus op legt: de categorie 8-14. Die zullen niet zo snel een Vita kopen, maar daarna (als het al niet eerder is) wordt het voor de jongeren kiezen tussen de rondslingerende tablet of geleende smartphone en deze hardcore gamesmachine. Wat je krijgt is helemaal niet vergelijkbaar, maar of Sony die boodschap echt doorgedrukt krijgt is nu de vraag. Maar als ze dat blijven doen en daarnaast leren van Apple & Co. hoe je een ecosysteem aantrekkelijk maakt en –ik zal het nog eens zeggen– hun Crossplay-kaart goed uitspelen is er hoop.
En ik hoop dat er hoop is. Want de Vita heeft technisch de potentie om een hele goede handheld te worden, zo lang Sony het zelf niet te veel in de weg staat en de uitgevers kan overtuigen dat er een andere prijs voor Vita games bestaat dan €40. Oh, en een software update zou ook niet verkeerd zijn, dat menu maakt zichzelf niet intuïtief.
