Als het aan de Europese wetgevers ligt, hebben internetbedrijven als Facebook en Google in de toekomst meer toestemming nodig om gebruik te maken van persoonlijke data over en van gebruikers. Dit zou gebruikers meer controle moeten geven over hun eigen persoonlijke data. Het gaat hier om zaken als gegevens via browsen op het internet om op deze manier te adverteren namens andere bedrijven.
“Users must be informed about what happens with their data,” vertelt Jan Philipp Albrecht, een Duits lid van het Europees Parlement, die de nieuwe wetgeving probeert in te voeren. “And they must be able to consciously agree to data processing – or reject it.” Facebook en Google lobbyen al een tijdje tegen het invoeren van deze nieuwe wetgeving. Andre sectoren die afhankelijk zijn van de data, zoals gezondheidsinstellingen, zijn ook erg bezorgd over de nieuwe regels.
De hoeveelheid online verzamelde data is de laatste maanden enorm gegroeid. Momenteel wordt er voor ongeveer 60 uur aan materiaal per minuut geüpload op YouTube. De laatste maanden is de vraag naar deze vernieuwde wetgeving enorm toegenomen. In december stopte Instagram de plannen om foto’s van gebruikers te verkopen aan adverteerders nadat ze maar liefst een kwart van de gebruikers binnen een week verloren.
