03.09.2015
Online

Passagier Pavlov

By: Sophie in 't Veld

BlogOnline

De mislukte aanslag in de Thalys een maand geleden rukte iedereen hard uit de vakantiestemming. Door doortastend optreden van enkele moedige reizigers kon een bloedbad voorkomen worden. Al vrij snel na de aanslag werd bekend dat de dader op verschillende terreurlijsten stond en al bekend was bij Spaanse en Franse veiligheidsdiensten. Helaas zagen we na de aanslag de gebruikelijke Pavlov-reactie. In plaats van na te denken over betere samenwerking tussen de verschillende Europese veiligheidsdiensten en effectievere verwerking van beschikbare informatie, kwam er weer een roep tot het opslaan van meer gegevens. Ook die van de treinpassagiers moesten maar verzameld worden.

In het Europees Parlement wordt op dit moment hard gewerkt aan een voorstel voor een Europees systeem voor het opslaan van passagiersgegevens (PNR). In juli stemde een krappe meerderheid van het Parlement voor het opzetten van deze Europese variant van het Amerikaans systeem voor de het verzamelen van passagiersgegevens op grote schaal. D66 was een van de tegenstemmers. Natuurlijk kan het verzamelen van gegevens nuttig zijn in de strijd tegen misdaad en terreur, dat ontkent D66 niet. Maar het moet wel gebeuren onder strakke voorwaarden. Klakkeloos gegevens binnen harken is bovendien niet effectief. Voorstellen voor een beperktere, en gerichte, opslag van gegevens, bij gerede verdenking of aantoonbare risico’s, werden weggestemd. Een gemiste kans. Zo’n model zou veiligheidsdiensten de middelen geven die ze nodig hebben, maar dan wel binnen helder afgebakende kaders. Het gebruik van persoonsgegevens voor handhaving en veiligheid kan wel degelijk plaatsvinden binnen de kaders van de rechtsstaat en grondrechten, maar helaas koos een meerderheid voor onbeperkte en ongecontroleerde opslag van gegevens. Onnodig, en bovendien is de kans zeer groot dat ook deze wet door de rechter wordt vernietigd.

Voorstanders van het systeem grepen het Thalys-incident aan om weer te pleiten voor massale opslag van alle reisgegevens; vlieg-, trein- en bootreizen. Ze bedriegen daarmee de publieke opinie door te stellen dat met al die gegevens terroristen geïdentificeerd kunnen worden en dat aanslagen kunnen worden voorkomen met een druk op de knop. Maar dat is fictie. Met spookverhalen en bangmakerij worden we overgehaald onze vrijheid op te geven. Daarbij wint alleen de terrorist die onze open en vrije samenleving zo succesvol ondermijnt. En de gegevens worden vooral gebruikt voor de aanpak van mensenhandel en drugssmokkel; zeer belangrijke, maar heel andere kwesties dan de strijd tegen terrorisme.

Tot nu toe is de noodzaak van grootschalige opslag van (passagiers)gegevens nog altijd niet aangetoond. D66 heeft herhaaldelijk gevraagd om daadwerkelijk bewijs daarvan maar de Europese Commissie en lidstaten komen nog altijd niet met een serieus antwoord. Daarmee ontbeert het systeem een gedegen onderbouwing. Ook kosten dergelijke systemen een hoop geld en we kopen er veel schijnveiligheid mee. In tijden van ingrijpende bezuinigingen is het schandalig dat op nationaal niveau geen debat wordt gevoerd over de effectiviteit van alle anti-terreurmaatregelen. De daadwerkelijke resultaten worden niet afgewogen tegen de kosten. Dat blijkt ook heel duidelijk uit de houding van de Europese Christendemocraten, waar het CDA toe behoort. Die zijn tegen een zgn. horizonbepaling op dit terrein. Als ze dan zo zwaar overtuigd zijn van het succes van een Europees PNR-systeem, waarom stellen ze dan niet voor alle andere maatregelen in te trekken zodra dit systeem er is? Waarom allerlei dubbele maatregelen die veel geld kosten en waarvan de effectiviteit nooit is aangetoond?

Gelukkig zijn er ook positieve ontwikkelingen in dit dossier. Het voorstel van D66 dat de verschillende Europese inlichtingendiensten verplicht informatie moeten uitwisselen kon op brede steun rekenen in het Parlement. Een zeer belangrijk onderdeel in de strijd tegen terrorisme en andere misdaden. De grote gaten in het Europese veiligheidsbeleid komen niet doordat er onvoldoende gegevens opgeslagen zijn, maar doordat de nationale diensten op hun eigen koninkrijkjes werken en geen zin hebben gegevens uit te wisselen. Bij iedere aanslag blijkt achteraf dat informatie over potentiële terroristen wel degelijk bekend was, maar niet bij de juiste nationale inlichtingendienst.

Hoe gaan we nu verder? De komende maanden zal het Parlement met de Raad onderhandelen om tot een compromis te komen voor een Europees PNR-systeem. Het lijkt er helaas op dat we niet ver zullen komen. Steeds meer regeringsleiders halen hun schouders op als het gaat om de waarborgen voor mensen en beperkingen voor het gebruik van gegevens zullen nog verder worden afgezwakt. Als die aannemelijke uitkomst waarheid zal worden, wordt het moeilijk een meerderheid in het Parlement te vinden. De vraag is wat er dan gebeurt. Luisteren de lidstaten naar het Parlement, of zullen ze elk hun eigen nationale PNR systeem in het leven roepen om zo alsnog massaal gegevens op te kunnen slaan? De Tweede Kamer sprak zich tot twee keer toe uit tegen een voorstel tot zo’n nationaal systeem. Laten we hopen dat het Nederlandse kabinet daar aan vast zal houden en de coalitiepartijen VVD en PvdA geen draai zullen maken om zo nog meer schijnveiligheid te creëren.

[Afbeelding: © Brian Kinney – Fotolia.com]

Share this post