Gisteravond een verhaal mogen houden bij de kersverse themagroep Webcommunicatie van de vereniging voor communicatie. Het was de aftrap, dus voorafgaand aan mijn verhaal mochten de dertig deelnemers aangeven wat nu de hot topics zijn waarmee de themagroep aan de slag moet. Een greep van de flipover: – Weblog, RSS en podcast – Webstatistieken: wat en hoe? – Web 2.0 – Veranderingen in beroep, werkveld en media door nieuwe media – Haat/liefde met nieuwe media – Hoe herken ik een hype? Bekende vragen… Het zijn dus net mensen, communicatieprofessionals. Voor mij een ideale gelegenheid voor een kleine standup enquête:
***Wie waren er? Bureau: 13 deelnemers Opdrachtgevers: 8 deelnemers
***Hoeveel werktijd besteedt men aan internet (incl. email)? 0-25%: 1 25-50%: 9 50-75%: 13 75%-100%: 3
***Hoe vaak Googlet men? Elke week: iedereen Elke dag: 12 Elk uur: 5 Elk kwartier: 1
***Wat gebeurt er na lancering van de nieuwe site? Niets: 2 Een feestje?: 5 We poetsen snel nog de foutjes weg: 10 Het project wordt overgedragen naar de beheersorganisatie: 5
***Hoe vaak rapporteert men webstatistieken? Welke statistiek?: 9 Elk jaar: 3 Elk kwartaal: 1 Elke maand: 7
***Aan wie rapporteert men de webstatistiek? Niemand: 4 Mijn baas (die het niet leest): 3 Mijn communicatiecollega’s (die het zelden lezen): 3 Mijn collega’s (die mij er zelf om vragen): 3
Het was dus een gemengd gezelschap. Van ervaren tot groen & nieuwsgierig. Ik heb wijze dingen gehoord (‘soms moet je het gewoon doen, en kijken wat er dan gebeurt op je site’) en naïeve (‘maar nieuwe media zijn toch sneller, waarom duurt het dan zo ouderwets lang om iets interactiefs te maken’). Onthutsend ook: volgens sommigen hebben communicatieprofs zich in de directiekamer laten aftroeven door jonge honden die géén verstand hebben van communicatie maar wél van de gimmicks & gadgets waar managers van onder de indruk raken.
Tja. Het is een heel eerlijke opmerking. Maar stilletjes voor mezelf dank ik dan “Eigen schuld dikke bult”. Misschien hebben veel comprofs gewoon niet doorgehad dat het web de communicatieverandering van de laatste 20 jaar is, en laten ze zich afbluffen bij hun experimenten door de ICT-politie (‘Nee dat kan niet. En, trouwens, het mag niet. Wij onderhouden het niet. Eh, we willen het niet’). En dan sta je langs de kant. Technische kennis van zaken: goed voor u.
Communicando’s zijn daarentegen echte alfa’s, echte mensenmensen. Vandaar ook dat bij de aftrap het invullen van één flipover met de ‘hot topics’ anderhalf uur duurde. Waarna ik de bekende sheets en gebruikersfilmpjes in een ruim halfuurtje erdoor mocht jagen.
En dan nog even dit. Van veel fusies is efficiency het oogmerk, maar kapitaalvernietiging het resultaat, zoals beursanalisten weten.
Ik werd uitgenodigd mijn presentatie te houden voor de vereniging Logeion. Logijwat? ‘Ja, we zijn gefuseerd: de Beroepsvereniging voor Communicatie en de Vereniging Voor Overheidscommunicatie heten nu samen Logeion.’ Gisteren legde een bestuurslid nog even uit dat marktonderzoek en een panel van experts tot dit besluit was gekomen. En dat Logeion oud-Grieks is voor ‘plaats van de spreker’. Pardon? Bij mij doet het vooral denken aan gefrustreerde gymnasiasten, geheel in lijn met het oude PR-imago van windhandel en gebakken lucht. Onuitsprekelijke naam ook, geen hond die het onthoudt.
Klaarblijkelijk zijn aan het opgegraven ‘naam panel’ de laatste 25 jaar voorbijgegaan: communicatie in twee-richtingen, geïntegreerde communicatie, communicatiekruispunt of zoals momenteel: vraaggerichte communicatie. Dus niet: de ZENDER centraal stellen.
De ondertitel van mijn verhaal gisteren luidde daarom: presentatie voor Veilig Verkeer Nederland. Na onzinnige jaren onder de naam 3VO bracht een nieuwe directeur daar eindelijk wijsheid terug.
Ik wens Logeion veel nieuwe wijsheid toe, en de oude naam.